Werkvormen en speltechnieken voor de dramales
Drama is een verplicht basisschoolvak. Er zijn verschillende speltechnieken en werkvormen, waardoor je zowel in de kleuterklas, groep 1 en 2 als in groep 8 genoeg mogelijkheden hebt om als leerkracht een dramales te geven. Jabbertalk, acteerspel, levend schimmenspel en pantomime zijn enkele voorbeelden van speltechnieken die je op de basisschool kunt gebruiken.
Acteerspel
Een veel gebruikte en zeer bekende speltechniek is het acteerspel, dat ook wel toneespel wordt genoemd. Deze techniek is zowel in de kleuterklas als in de bovenbouw goed te gebruiken. Onder acteerspel wordt doen-alsof-spel verstaan, waarbij zowel bewogen als gesproken wordt. Op deze manier wordt een personage of begrip uitgebeeld.
Een veel gebruikte vorm acteerspel op de basisschool is de eindmusical in groep 8. Echter hoeft een dramales niet altijd zo groot te zijn. Er zijn verschillende opdrachten mogelijk waarbij het acteerspel goed inzetbaar is. Zo kun je de kinderen de opdracht geven om hun eigen reclamespotje te maken.
Extra aandachtspunten tijdens de begeleiding van acteerspel zijn:
- Probeer te voorkomen dat de kinderen doorelkaar praten.
- Probeer te voorkomen dat de kinderen gebruik maken van 'stemmetjes'. De verstaanbaarheid gaat hierdoor vaak achteruit en het is zeer slecht voor de stembanden van het nog jonge kind.
- Stimuleer de kinderen om samen te spelen.
Levend schimmenspel
Schimmenspel is van oudsher een een poppenspel waarbij er met wajangpoppen achter een doek werd gewerkt. Bij het levende schimmenspel wordt er gebruik gemaakt van de schaduw van de spelers (kinderen) zelf. Het levende schimmenspel is in de basisschool te gebruiken vanaf ongeveer groep 5. Voor het schimmenspel wordt gebruik gemaakt van een groot laken, waar met behulp van een lichtbron de schaduw van de kinderen op wordt geprojecteerd. Door gebruik te maken van kartonnen mallen en kostuums kun je de werkelijkheid manipuleren, waardoor er interessante taferelen kunnen ontstaan. Het voordeel van het levende schimmenspel is dat, deze werkvorm de dramalessen ook voor de introverte kinderen meer toegankelijk maakt. Het feit dat er een doek tussen de spelende kinderen en het publiek zit, kan de drempel behoorlijk verlagen.
Jabbertalk
De term jabbertalk vindt zijn oorsprong uit het Engels van to jabber, dat brabbelen betekent. Bij jabbertalk wordt er geacteerd, waarbij zowel bewogen als gesproken wordt, maar de communicatie gaat met behulp van fantasietaal. De klanken kunnen ontleend zijn aan bestaande talen, maar kunnen ook uit de fantasie van de kinderen zelf voortkomen. Jabbertalk kun je al vanaf groep 1 gebruiken.
Pantomime
Pantomime is dramatisch spel waarbij geen stemgeluid en geen rekwisitieten worden gebruikt. Vooral het niet gebruiken van het stemgeluid onderscheid pantomime van mime. Pantomime stimuleert de concentratie, de fantasie, het lichamelijke bewustzijn en de non-verbale communicatievaaardigheden en inleving van het kind. Omdat verbale communicatie en het gebruk van rekwisieten niet toegestaan is, wordt de creativiteit van de kinderen erg gestimuleerd. Dit kan er voor zorgen dat er verrassende spelsituaties zullen ontstaan.
Mime
Mime en pantomime worden vaak met elkaar verward. Als bewegingsvorm omvat mime meer dan pantomime. Mime houdt zich bezig met alle mogelijkheden van het lichaam als instrument om (bewegings)composities te maken en richt zich daarbij op beweging en tegenbeweging., gewicht en contragewicht. Het maakt gebruik van stem en geluid, lichaam, gevoel en attributen. Juist het gebruik van stem en geluid en attributen onderscheid mime van pantomime.
Lees verder