Franse grammatica: het bijwoord of l'adverbe

Franse grammatica: het bijwoord of l'adverbe Een van de moeilijkheden van de Franse taal is het bijwoord, l'adverbe. Wat is een bijwoord nu juist? Hoe maak je het adverbe en wat zijn de uitzonderingen op deze regel? En hoe onderscheid je het bijwoord van een bijvoeglijk naamwoord, l'adjectif? Hoe spreek je die -emment en -amment nu juist uit? En hoe weet je wanneer het -amment of -emment moet zijn? Heel wat regeltjes in verband met het adverbe dus. Maar eens je het door hebt, is het best eenvoudig! Een overzichtje.

Wat is een bijwoord?

Een bijwoord (l'adverbe) is een woord dat ergens bij staat, het woord zegt het zelf. Het bijwoord staat bij drie dingen: bij een bijvoeglijk naamwoord of adjectief, bij een werkwoord of bij een ander bijwoord.
Enkele voorbeelden:
C'est un très joli livre
Hier is très het bijwoord. Het staat bij joli, dat een bijvoeglijk naamwoord is.
Tu as bien travaillé!
Hier is bien het bijwoord. Het staat bij travaillé, een werkwoordsvorm.
Tout récemment, sa maman est décédée.
Hier is tout een bijwoord. Het staat bij récemment, een ander bijwoord.

Verschil tussen een bijwoord en een bijvoeglijk naamwoord

Het verschil tussen een bijwoord en een bijvoeglijk naamwoord, is dat het bijwoord dus bij een bijvoeglijk naamwoord staat, bij een werkwoord of bij een ander bijwoord. Een bijvoeglijk naamwoord daarentegen staat bij een zelfstandig naamwoord (le substantif) en bij het werkwoord être.
Voorbeelden van een bijvoeglijk naamwoord:
Un grand chien
Grand is hier bijvoeglijk naamwoord. Het staat bij een zelfstandig naamwoord.
Il est gentil.
Gentil is hier bijvoeglijk naamwoord. Het staat bij het werkwoord être.
Voor voorbeelden van het bijwoord, zie hierboven.

De vorming van het bijwoord of l'adverbe

Algemene regel

Het bijwoord wordt gevormd met de vrouwelijke vorm (le féminin) van het bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif) waar men -ment aan toevoegt.
Zo wordt ouvert dus ouvertement (openlijk), haut wordt hautement (erg, hoog), vif wordt vivement (levendig, ten zeerste), etc.
Il lui a ouvertement dit la vérité (hij heeft hem openlijk de waarheid gezegd)
il le lui a vivement déconseillé (hij heeft het hem ten zeerste afgeraden)

Uitzonderingen op deze regel

Natuurlijk zijn ook hier uitzonderingen op de regel:
Gentil wordt gentiment (braafjes)
Traître wordt traïtreusement (verraderlijk)
Bref wordt brièvement (kort, bondig)

Uitzonderingen

Het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een klinker

Wanneer het bijvoeglijke naamwoord op een klinker eindigt, voegt men gewoon -ment toe.
vrai wordt vraiment (echt), poli wordt poliment (beleefd), etc.

Uitzonderingen op de regel

Ook hier weer een deel uitzonderingen op de regel:
gai wordt toch gaiement (vrolijk)
impuni wordt impunément (ongestraft)
grave heeft twee vormen: grièvement voor blessé (zwaar verwond) en gravement voor malade (zwaar ziek).

Het bijvoeglijk naamwoord eindigt op -ent of -ant

Algemene regel

- Voor de vormen op -ent voegt men -emment toe
bvb. récent wordt récemment (recentelijk)
- Voor de vormen op -ant voegt men -amment toe
bvb. suffisant wordt suffisamment (genoeg)

Uitzonderingen

lent volgt de algemene regel en geeft dus lentement (traag)
présent volgt ook de algemene regel en geeft présentement (momenteel)

Uitspraak

- De uitspraak van zowel - emment als -amment is [amment]

Heel wat bijwoorden hebben een vorm op -ûment

  • assidûment = vlijtig
  • crûment = botweg
  • dûment = naar behoren
  • indûment = ten onrechte
  • goulûment = gulzig
  • congrûment = correct
  • incongrûment = incorrect
  • nûment = naakt
  • continûment = voortdurend

Heel wat bijwoorden eindigen op -ément

  • confus = confusément (verward)
  • intense = intensément (intens)
  • énorme = énormément (enorm)
  • conforme = conformément (conform)
Ook hier weer uitzonderingen op de regel:
invers = inversement (omgekeerd)

Soms worden bijwoorden als bijvoeglijk naamwoord gebruikt

In dat geval verandert het bijvoeglijk naamwoord dat als bijwoord wordt gebruikt niet. Meestal staan ze dan bij werkwoorden.
Voorbeelden:
Il court vite (hij loopt snel)
Elle parle haut (zij spreekt luid)
Elle s'habille court (zij draagt korte kleren)
Elle rit jaune (zij lacht groen / als een boer die kiespijn heeft)
Ils achètent français (zij kopen Franse produkten)

Bijwoorden die niet op -ment zijn

  • Bijwoorden van hoeveelheid, tijd en plaats als bvb. beaucoup (veel), très (erg), ainsi (zo), hier (gisteren), aujourd'hui (vandaag), ici (hier), etc.
  • Vraagwoorden als comment? (hoe?) quand? (wanneer?) combien? (hoeveel?), etc.

Voor gratis, leuke oefeningen op de bijwoorden kan je terecht op www.françaisfacile.com. Ook voor andere oefeningen kan je op deze site terecht.
© 2010 - 2024 Mapa, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Frans grammatica: het bijwoordFrans grammatica: het bijwoordIn dit artikel leg ik precies uit hoe het bijwoord in het Frans wordt gevormd. Je zult zien dat het bijwoord in veel gev…
[Frans] L’adjectif, het Franse bijvoeglijk naamwoord[Frans] L’adjectif, het Franse bijvoeglijk naamwoordDe plaats van het bijvoeglijk naamwoord in een Franse zin is zo’n onderwerp, waarvan je kunt stellen dat het relatief si…
Franse grammatica: bon of bien? mal of mauvais?Franse grammatica: bon of bien? mal of mauvais?Bon, bien, mal of mauvais? Wanneer gebruik je nu eigenlijk wat? Bon en mauvais zijn adjectieven, bien en mal zijn bijwoo…
Franse grammatica: tout, toute, tous en toutesFranse grammatica: tout, toute, tous en toutesEén van de struikelblokken uit het Frans is het gebruik van "tout" en vooral, het juist schrijven er van. Soms is "tout"…

Correct formuleren: DubbelopVeel schrijvers maken formuleringsfouten. Wie deze formuleringsfouten kan herkennen zal bij het schrijven proberen dit s…
Twee- of meertaligheid bij kinderen en volwassenenTwee- of meertaligheid bij kinderen en volwassenenTwee- of meertaligheid, een voordeel of een nadeel? Veel talen kennen is natuurlijk een voordeel, maar is het wel mogeli…
Bronnen en referenties
Reacties

Anoniem, 25-05-2016
Hey,

wat zijn de regels met beaucoup? Want met een hoeveelheid is het beaucoup de (viande)
en is het dan met een werkwoord beaucoup rire? (dus zonder de)

alvast bedankt,
Anoniempje Reactie infoteur, 26-05-2016
Hallo,

Inderdaad. Het is "j'ai beaucoup de viande dans mon assiette", "j'ai beaucoup de chiens", maar "j'aime beaucoup la viande", "j'aime beaucoup les chiens".

Met een werkwoord is het "j'aime beaucoup rire", "j'aime beaucoup jouer au football", etc.

Hopelijk ben je hier wat mee. Succes!

Mapa

Hugo, 21-10-2014
Beetje tegenstrijdig om eerst te zeggen dat een bijwoord wordt gevormd uit de vrouwelijke vorm, terwijl je vervolgens doorgaat over de vorming uit de mannelijke vorm. welke van de twee is het nou? Reactie infoteur, 21-10-2014
De algemene regel is dat je uitgaat van de vrouwelijke vorm om het bijwoord te vormen. Maar zoals steeds in het Frans, zijn er heel wat uitzonderingen. Hierbij gaat het om vormen waarbij men van de mannelijke vorm uitgaat of het bijwoord op een totaal andere manier vormt.

Ik heb een extra kopje gemaakt om het iets duidelijker te maken.

Mvg,

Mapa

Anoniem, 21-03-2011
Bedankt, dit heeft mij echt geholpen! Mijn franse docente kan namelijk echt niet uitleggen en hierdoor is alles een stuk duidelijker, ga zo door. Reactie infoteur, 21-03-2011
Super, blij dat ik heb kunnen helpen!

Het artikel Frans bijwoord maakt deel uit van een special met meer grammatica-problemen en er is ook een special met Franse woordenschat. Misschien hebt u hier ook iets aan.

Bedankt voor de reactie!

Mapa (704 artikelen)
Laatste update: 12-06-2017
Rubriek: Educatie en School
Subrubriek: Taal
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.