Bijvoeglijk naamwoord in het Zweeds
In de Scandinavische talen waar het Zweeds deel uit van maakt hebben alle naamwoorden een vorm. Ook de bijvoeglijke naamwoorden hebben een vorm die afhankelijk is van het woord dat erachter staat. In dit artikel leg ik u uit welke vorm u moet kiezen als u een Zweedse zin gaat schrijven. Ik raad u aan om voor u dit gaat lezen eerst de grammatica te lezen over het meervoud in het Zweeds. Daarin leg ik het verschil uit tussen de bepaalde en onbepaalde vorm van het zelfstandig naamwoord.
De onbepaalde vormen
Een zelfstandig naamwoord dat onbepaald is kan een
en of
ett-woord zijn. Er zijn geen harde regels, de meeste woorden moet je uit het hoofd leren.
En woorden
En stor bok ligger på golvet= Een groot boek ligt op de grond.
REGEL: Als het zelfstandig naamwoord een en-woord is dan heeft het bijvoeglijk naamwoord geen aparte uitgang.
ett woorden
Ett stort tåg är vackert. = Een grote trein is mooi.
REGEL: Als het zelfstandig naamwoord een ett woord is dan heeft het bijvoeglijk naamwoord een -t- als uitgang.
U kunt zien dat het daarom stort is, maar ook vackert. Beide woorden zeggen iets over tåg en dienen dus als een ett-woord vervoegd te worden.
Meervoud
Vita katter sitter utanför fönstret= Witte katten zitten buiten voor het raam.
REGEL: Als een zelfstandig naamwoord in het meervoud staat dan krijgt het bijvoeglijk naamwoord een- a- als uitgang.
- en blå fisk = een blauwe vis
- ett blått bord = een blauwe tafel
- blåa katter = blauwe katten
Er is ook nog een mannelijke vorm bij de bijvoeglijke naamwoorden. Deze eindt op een
e. Deze vorm wordt toegepast als het zelfstandig naamwoord een mannelijk persoon aanduidt. Ook kan het voor een mannelijke eigennaam staan.
Käre Hessel!= Beste Hessel!
den gamle kungen= de oude koning
Verandering van slotmedeklinker bij de ett vorm.
Niet alle bijvoeglijke naamwoorden waar een -t achter moet worden op dezelfde manier gespeld. Hier een lijst van woorden die een andere uitgang krijgen.
1. Bijvoegelijke naamwoorden die op een medeklinker
+ t eindigen verliezen de t bij de ett-vorm.
svart/svart/svarta
2. Als het bijvoeglijk naamwoord op een medeklinker
+ d eindigt dan valt de d weg en komt er een
t.
vild/vilt/vilda
3. Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een klinker
+ d, dan wordt het
tt en geen
dt.
god/gott/goda
rod/rött/ röda
4. Als het bijvoeglijk naamwoord op een klinker eindigt komt er een
dubbele t
ny/nytt/nya
rå/rått/råa
5. Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op
en, verliezen de
n.
mogen/moget/mogna
vaken/vaket/vakna
Afwijkende vorm bij meervoud
Ook bij het meervoud zijn er woorden die op een andere manier gespeld worden. Hier zijn ook regels voor.
1. Eindigt het bijvoeglijk naamwoord
el of
er, dan valt de
e weg.
enkel/enkelt/enkla
vacker/vackert/vackra
2. Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op
en, dan valt de
e weg.
vaken/vaket/vakna
mogen/moget/mogna
De bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op een een onbeklemtoonde klinker zijn onverbuigbaar.
ringa
öde
enastående
Liten
Liten is een onregelmatig bijvoeglijk naamwoord. Het betekent klein.
onbepaalde vorm enkelvoud:
liten/litet
onbepaalde vorm meervoud:
små
Bepaalde vorm enkelvoud:
lilla
Bepaalde vorm meervoud:
små
De bepaalde vorm van het bijvoeglijk naamwoord
De regels voor de bepaalde vorm zijn weer heel anders dan die voor de onbepaalde vorm.
Hieronder drie voorbeeldzinnen met uitleg.
- Det stora tåget reser till Utrecht = De grote trein gaat naar Utrecht
- Den stora bilen är från Portugal = De grote auto komt uit Portugal
- De stora katterna sitter på bordet = De grote katten zitten op de tafel
Wat valt op?
- Elke vorm van het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een a.
- Det= ett woord, den= en woord en de= voor het meervoud.
- Er is sprake van een dubbele bepaling want zowel den/det/de maken dat het om een specifiek iets gaat (de trein, niet een trein), ook het achtervoegsel bij de woorden (-en bij en-woorden, -et bij ett-woorden, -na bij meervoud)
Maar let op: Als het geen det, den, of de is , maar bijvoorbeeld Hendriks, Johans, Margarethas, Mina, Min, Ditt, Vårt enz.
dan moet je het zelfstandige naamwoord NIET in de bepaalde vorm zetten.
- Hendriks stora bil = Hendriks grote auto
- Mina blåa ögon = Mijn blauwe ogen
- Margarethas stort hus = Margarethas grote huis
Omdat dit heel anders gaat dan in het Nederlands lijkt dit misschien lastig, maar het enige waar u rekening moet houden is eerst of u het hebt over een bepaald of een onbepaald zelfstandig naamwoord. En vervolgens kijkt u als het onbepaald is of het en, ett of meervoud is. Vervolgens kiest u de juiste vervoeging. Als het om een bepaald zelfstandig naamwoord gaat kijkt u ook of het en,ett of meervoud is, maar nu kiest u voor den, det, of de en vervoegt u het bijvoeglijk naamwoord met een a erachter. Als u geen de, den, of det gebruikt maar bijvoorbeeld Davids of Hennes, dan staat het zelfstandig naamwoord niet in de bepaalde vorm.