Ezelsbruggetjes – Economie
Economie is natuurlijk een vak waarbij je veel moet leren. Het zijn vooral feitjes die je moet leren en dat valt soms niet mee. Daarom is het fijn als er wat ezelsbruggetjes zijn voor de feiten waar iedereen moeite mee heeft. Maar het blijft toch altijd leren: het gaat niet vanzelf. Maar de meeste economische feiten zijn handig voor later.
KANO
Uitleg: deze letters zijn de eerste letters van de productiefactoren, namelijk Kapitaal, Arbeid, Natuur, Ondernemerschap.
WHILP
Uitleg: deze letters zijn de eerste letters van de beloningen die voortkomen uit productiefactoren. Winst, Huur, Interest (rente), Loon, Pacht.
Bruto met de B van belasting
Uitleg: in bruto zit de belasting nog. Bij netto is het eraf.
BalanS
Uitleg: op de balans staan de Bezittingen links (in BalanS staat de b van bezittingen ook links) en rechts staan de Schulden (net als in BalanS).
cRedit
Uitleg: credit staat aan de rechtse kant in de balans. In cRedit zit de r van rechts.
Krediteuren zijn Krengen
Uitleg: Krediteuren zijn krengen, omdat ze geld van jou krijgen.
RIC = NIC gedeeld door PIC keer 100
Uitleg: reëel indexcijfer = nominaal indexcijfer gedeeld door prijsindexcijfer keer honderd.
Ik kocht een PC bij de DA
Uitleg: de passiva (de P) staan bij boekhouden altijd credit (de C). De activa (de A) staan altijd debet (de D).
Gert Haat Bert
Uitleg: G(emiddelde belastingdruk) = H(effing)/B(ruto inkomen). De G van Gert. De H van Haat en de B van Bert.
Cashen en Dokken
De C van cashen staat voor credit(eur); die wordt betaald. De D van dokken staat voor deb(e)(i)t(eur); die moet betalen.
aa=bb
Aanbod van arbeid = beroepsbevolking.
BIG FLIP FONDS
Dit zijn de eerste letters van de 12 landen die in 2002 de euro als eerste invoerde. Namelijk:
België, Italië, Griekenland, Finland, Luxemburg, Ierland, Portugal, Frankrijk, Oostenrijk, Nederland, Duitsland en Spanje.
DING FLOP BIPS
Zie hierboven (= BIG FLIP FONDS).
Euro = 22 maart ’71
Zo onthoud je de omrekenkoers tussen de euro en de gulden. €1,- = ƒ 2,20371. 22-03-’71. Let op: niet 2,2031971!
NICA
De verschillende soorten bedrijven:
- Niet-commerciële bedrijven
- Industriële bedrijven
- Commerciële bedrijven
- Agrarische bedrijven.
De verkoopster verkoopt een appel voor de actieprijs van 1 euro vanachter de toonbankpresentatie.
Zo kun je de 6 P’s onthouden:
- Personeel: de verkoopster
- Product: de appel
- Prijs: 1 euro
- Promotie: actieprijs
- Plaats: vanachter de toonbank
- Presentatie: toonbankpresentatie
OP TV GA(an)
Staat voor hoe een product zich ontwikkelt:
- Ontwerpen
- Produceren
- Transporteren
- Verhandelen
- Gebruiken
- Afdanken en recyclen
Bearmarket omlaag en Bullmarket omhoog
Een beer slaat met zijn poot naar beneden. Een stier gooit een vijand naar boven met zijn horens.
Dus: bearmarket: daling, bullmarket: stijging.
AVRO
Dit zijn de kosten van een investering:
- Afschrijving
- Verzekering
- Rente
- Onderhoud
Meer ezelsbruggetjes?!
Bekijk de special ezelsbruggetjes voor meer ezelsbruggetjes.