Leren, wat is het?
Al vanaf je geboorte leer je, je hele leven lang. Maar wat is leren eigenlijk? Leren doe je niet alleen op school, maar overal, elke dag opnieuw. Er zijn verschillende concepten over leren. Hoe leer jij?
Bij leren wordt snel aan school gedacht, dé plek om te leren. Gemiddeld ga je zo'n 14 jaar naar school om te leren. Maar niet alleen op school leer je, je leert overal. Buiten school heb je al leren lopen en praten als jong kind zijnde, maar je leert ook als je naar het nieuws kijkt of de krant leest. Naast het
formele leren dat je op school doet, bestaat er dus ook het
informele leren, zonder een leraar of een boek. Er zijn zoveel dingen die geleerd kunnen worden zoals kennis, sociale vaardigheden, motorische vaardigheden etc. Deze zijn allemaal zeer verschillend en dus niet onder 1 noemer te plaatsen.
Leerconcepties
Iedereen leert op een andere manier, deze manieren kunnen op verschillende manieren worden onderverdeeld. Een variant zijn de concepties van Vermunt.
Vermunt (1992 en 1997) onderscheidt 5 leerconcepties:
Opnameleerconceptie
Hierin wordt leren primair opgevat als het opnemen van kant en klare, extern aanwezige informatie. Bij de leeractiviteiten wordt de nadruk gelegd op het van buiten leren.
Constructieleerconceptie
Leren is het op actieve wijze verwerven van inzicht door het aanbrengen van relaties tussen nieuwe informatie en reeds aanwezige kennis, waardoor er aan nieuwe informatie persoonlijke betekenis wordt verleend.
Toepassingsleerconceptie
Degenen die deze opvatting huldigen zijn sterk gericht op de gebruikswaarde van kennis en zien leren voornamelijk als het kunnen toepassen van kennis en vaardigheden.
Stimuleringsleerconceptie
Voor lerenden met deze opvatting is het belangrijk, dat ze regelmatig stimulansen ontvangen om leeractiviteiten te (blijven) ontplooien. Met andere woorden; ze moeten door anderen worden aangezet om te leren, anders laten ze het afweten.
Samenwerkingsleerconceptie
Aanhangers van deze opvatting hechten uit overweging van steun veel waarde aan samenwerking met medeleerlingen en aan het verdelen van taken.
Iedereen heeft een eigen manier van leren, die kunnen worden onderverdeeld in bovenstaande concepties, of leermodellen.
Leren heeft dus altijd een inhoud. De leerinhoud kan bestaan uit verschillende dingen, informatie, vaardigheden, houdingen, gevoelens en bewegingen. Minder specifiek is het onderscheidt tussen vaardigheden en kennis. Romiszowski heeft in 1987 een tabel gemaakt voor vaardigheden.
Cognitieve vaardigheden | Psychomotorische vaardigheden | Reactieve vaardigheden | Interactieve vaardigheden |
- Besluitvorming | - Fysieke actie | Hebben betrekking op de eigen persoon; houdingen, gevoelens, gewoonten en zelfcontrole. | Hebben betrekking op de ander |
- Probleemoplossen | - Scherp kunnen waarnemen | | |
- Logisch denken | | | |
Reproductief | Productief |
Toepassing van procedures | Toepassing van principes en strategieën |
Toepassen van bekende standaard procedures zoals algoritmen op vertrouwde typen problemen/opgaven | Oplossen van een nieuwsoortig probleem met behulp van zelf te bedenken oplossingsmethoden |
- Het schrijven van een grammaticaal correcte zin | - Het schrijven van fictie |
- Het uitvoeren van een staartdeling | - Het toetsen van een stelling of theorie |
Sensomotorische vaardigheden en geautomatiseerde handelingen | Strategische en planningsvaardigheden; kunstzinnige en ambachtelijke vaardigheden |
-Typen | -Het ontwerpen van een lay-out |
-Hardlopen | -Volleybal spelen |
-Schakelen | -Algemene rijvaardigheid |
Geconditioneerde gewoonten en houdingen | Zelfcontrolevaardigheden; ontwikkelen van een eigen waardensysteem; zelfactualisatie |
-Vermijden van bepaald gedrag | Inter-persoonlijke controle en communicatievaardigheden |
-Hebben van aandacht en waardering voor bepaalde zaken | -Leiderschap |
Sociale gewoonten en geconditioneerde responsen | -Supervisie |
-Goede manieren | -Discussievaardigheden |
-Vriendelijk in de communicatie | -Overtuigingskracht |
Samenvatting
- Leren is altijd een activiteit van de lerende zelf, het is niet iets dat je kan overdragen aan iemand anders.
- Leren heeft te maken met processen die zich in ‘iemands hoofd afspelen’ en dus niet altijd direct waarneembaar zijn.
- Het resultaat van leeractiviteiten heeft een min of meer blijvend karakter en is op een later tijdstip herhaalbaar of reproduceerbaar. Wanneer je eens hebt geleerd te fietsen, kun je dat een jaar later ook nog.
- Leren is niet alleen voorbehouden aan mensen, ook dieren kunnen leren.
- Onderwijzen kan ook wel gezien worden als het stimuleren tot leren.
Deze verzameling van verschillende elementen maken het voldoende aannemelijk, dat een eenduidige en alomvattende definitie van leren erg moeilijk te geven is. Achter het begrip leren gaat een grote diversiteit van opvattingen, activiteiten, processen en invullingen schuil.