Competentiegericht onderwijs en veel nieuwe studies in MBO
Competentiegericht onderwijs in het MBO heeft het doel het vergroten van de vaardigheden van de leerlingen. Hierbij wordt uitgegaan van vaardigheden die een leerling al heeft. Het onderwijs richt zich meer dan ooit op de praktijk om scholieren te leren functioneren in beroepsgerichte situaties. De drie elementen kennis, vaardigheden en beroepshouding vormen de competenties. Het bedrijfsleven had vooral over het gemis van de beroepshouding in het onderwijs geklaagd en die is in de diensteneconomie van onschatbare waarde. Door de vraag van het bedrijfsleven zijn in 2012 veel nieuwe MBO-studies begonnen vooral in de technieksector.
Competentiegericht onderwijs is nieuwe vaardigheden ontwikkelen en verbeteren
Competentiegericht onderwijs is gericht op het vergroten van de competenties (vaardigheden) van de leerlingen. Hierbij wordt uitgegaan van vaardigheden, die een leerling al heeft. Met competentiegericht leren wordt geprobeerd om met die al aanwezige kennis en vaardigheden nieuwe competenties te ontwikkelen en te verbeteren. Het onderwijs op het Mbo gaat zich nu dan ook meer op praktijk richten, waarbij de leerlingen
leren zelfstandiger te werken. Dit houdt in dat zij leren functioneren in
een situatie die beroepsgericht is.
Voor het MBO geldt dat men de leerlingen in staat stelt drie elementen te verwerven:
- kennis
- vaardigheden
- beroepshouding
Deze drie elementen vormen dus de competenties.
Competentiegericht Onderwijs en beroepshouding.
Kennis en vaardigheden zijn onderdelen die in het onderwijs op allerlei gebied aan de orde komen. Voor een loopbaan in het verdere leven van een leerling zijn dat dan ook zeer belangrijke elementen, maar het
bedrijfsleven miste een belangrijk element: de beroepshouding.
Een competentie als
omgaan met klanten en collega's bijvoorbeeld is in de tegenwoordige diensteneconomie van onschatbare waarde. Toen het bedrijfsleven de noodklok heeft geluid en aangaf waar in deze tijd hiaten zaten is men op diverse niveaus gaan inzien dat competentiegericht onderwijs voor een omslag kan gaan zorgen. Om in het bedrijfsleven goed te kunnen functioneren zijn competenties als samenwerken en omgaan met klanten belangrijke voorwaarden.
Leerlingen krijgen op praktijk afgestemd onderwijs
Voor de leerlingen betekent competentiegericht onderwijs dat zij nu ook een beroepshouding leren. Zij moeten aan het einde van de opleiding kunnen aantonen dat zij vaardigheden bezitten op het gebied van bijvoorbeeld samenwerking en communiceren. Dit houdt dan weer in dat het onderwijs meer is afgestemd op de praktijk.
Mbo-opleiding bestaat uit 4 niveaus: wat houden ze in
De opleiding is in vier niveaus ingedeeld. Dit is wettelijk vastgelegd in 'De Wet Educatie en Beroepsonderwijs' (WEB)
- Niveaus 1 en 2 zijn vooral gericht op vakmanschap als basis voor zelfstandig functioneren op de arbeidsmarkt en een startkwalificatie op niveau 2.
- Op de niveaus 3 en 4 ligt de nadruk op de beroepsopleiding tot ondernemer en vakspecialist. Als je daarna nog verder wil studeren ga je naar het hoger beroepsonderwijs.
- Door het behalen van deelkwalificaties haal je uiteindelijk je diploma.
- Door de verschillende niveaus is het mogelijk in te stromen op een hoger of lager niveau. Eerder behaalde studieresultaten zijn daarvoor bepalende factoren.
- Doorstromen van het ene naar het andere niveau is mogelijk.
Niveau 1: assistenten opleiding
In deze opleiding word je opgeleid om onder begeleiding in een bedrijf te werken. Het is de meest praktisch gerichte opleiding.
Niveau 2: basis beroepsopleiding
Hierbij word je opgeleid tot medewerker in een bedrijf of instelling.
Niveau 3: vakopleiding
Dit niveau leidt je op tot vakbekwaam medewerker of beginnend ondernemer.
Niveau 4: middenkader-specialistenopleiding
Dit niveau omvat de opleidingen tot (midden)kaderfunctionaris en specialist. Je kunt je ontwikkelen tot
zelfstandig ondernemer of middenkaderfunctionaris. Hierna bestaat de mogelijkheid om door te stromen naar het HBO.
Competentiegericht onderwijs is niet door de overheid opgelegd
Juist de partijen uit de praktijk, zoals de
scholen en bedrijven, gaven aan dat het MBO-onderwijs moest veranderen. Eén van de voorbeelden die daarbij werd gegeven was dat een MBO-leerling gemakkelijker door moet kunnen stromen naar het HBO. Om dit te bereiken werd de competentiegerichte kwalificatiestructuur wèl door de overheid verplicht gesteld.
Veel nieuwe MBO-studies in de technieksector door vraag van het bedrijfsleven
Er zijn in 2012 veel nieuwe MBO-studies begonnen vooral in de technieksector .
In totaal gingen 358 MBO-opleidingen van start. Dit heeft te maken met de vraag van het bedrijfsleven. Een nieuwe studie wordt begonnen, omdat het bedrijfsleven daar interesse in heeft. Het aantal studieplaatsen hangt namelijk ook af van het aantal
stageplaatsen bij bedrijven.
De sterke stijging van het aantal geopende studies in 2012 geeft vooral aan dat
de arbeidsmarkt in beweging is en er meer verschillende studies worden aangeboden. Een woordvoerster van de de MBO-raad:
„Scholen springen slim in op de arbeidsmarkt. Soms door een nieuwe opleiding te beginnen of een al bestaande opleiding aan te passen en onder een andere naam door te zetten.” De technieksector voert de boventoon in de aanwas van studies; In 2012 kwamen er 216 nieuwe
technische opleidingen bij . Het bedrijfsleven wil graag dat er meer technici worden opgeleid en er is behoefte aan verschillende uitstromen uit de studie.