Leesverslag 'The Moor's Account' van Laila Lalami
The Moor's Account is een boek van Laila Lalami. Het beschrijft het leven van een slaaf die onderdeel uitmaakt van een groep ontdekkingsreizigers. De hoofdpersoon Mustafa schrijft zijn memoires om te laten zien dat slaven niet ondergeschikt waren, maar juist een belangrijk onderdeel hebben uitgemaakt van deze geschiedenis.
Gegevens
- Titel: The Moor's Account
- Auteur: Laila Lalami
- Jaar: 2014
Meer informatie:
Over Laila Lalami
Samenvatting
Het boek vertelt het verhaal van Estebanico, die eigenlijk geboren is als Mustafa Ibn Mohammed in Azemmur, vertelt de geschiedenis van een zwarte slaaf die deel uitmaakt van de groep ontdekkingsreizigers die Amerika (in het boek La Florida genoemd) ontdekken. Wat er tijdens deze ontdekkingstocht gebeurt, wordt afgewisseld met het levensverhaal van deze hoofdpersoon. Hij vertelt het verhaal aan de hand van zijn herinneringen, excuseert zich voor het eventueel door elkaar halen van tijd en gebeurtenissen, maar het is de waarheid. En de waarheid laat zien dat de donkergekleurde slaven een heel belangrijk deel hebben uitgemaakt van deze expeditie.
Het verhaal
De geboorte van Mustafa ibn Muhammad ibn Abdussalam al-Zamori was al een bijzonder verhaal. Zijn ouders vertrekken van Fes naar Azemmur om te gaan wonen bij de oom van moeders kant. Onderweg raakt zijn vader gewond, doordat hij zich bemoeid met onenigheid tussen een andere reiziger en een soldaat. De soldaat raakt hem met zijn zwaard in zijn arm. Zijn arm moet later geamputeerd worden. In de tussentijd kondigt de geboorte van Mustafa zich aan. Ze komen net op tijd aan bij de oom. Mustafa wordt geboren, moeder moet bijkomen van de bevalling en vader van zijn verwondingen. Later krijgt Mustafa er nog twee broers en een zus bij. Ze wonen met het gezin van de oom in één huis.
Op zijn zevende verjaardag krijgt Mustafa zijn eerste djellaba en gaat met zijn vader mee naar de fqih van zijn moskee. Vader wenst een religieuze opvoeding voor mustafa, die hij ook ondergaat. De verwachting is dat hij daarna, net als zijn vader, notaris zal worden.
Een leven als handelaar
Maar Mustafa heeft andere wensen. Hij wil handelaar worden en hij is er goed in. Hij zoekt bijzondere materialen en producten en verkoopt deze op de plaatselijke markt. Hij heeft het gevoel dat hij de ambities van zijn vader toch nooit kan evenaren. En hij houdt van de gevaren en amusement op de markt. Ondertussen wordt de stad belegerd door Portugezen. De handel wordt steeds minder, en voedsel wordt schaars. Op een dag neemt Mustafa het besluit om zich als slaaf te verkopen. Dan heeft zijn gezin weer extra geld voor levensbehoeften. Hij vertrekt op een van de Portugese karvelen naar Sevilla. Op de boot is het leven zwaar, maar Mustafa is vastbesloten vol te houden. Daar aangekomen wordt hij eerst gedoopt en krijgt hij een nieuwe naam Estebanico. Hij wordt verkocht aan Rodriquez, waar hij zijn eerste jaren als slaaf doorbrengt. Rodriquez is een handelaar en hij kan de kennis van Mustafa goed gebruiken. Mustafa sluit vriendschap met slavin Ramatullai, zij werkt in de keuken en zorgt altijd voor restjes voedsel. Hij heeft het niet slecht. Maar zijn meester gokt veel en heeft schulden. Zo komt hij uiteindelijk bij Senor Dorantes terecht. Met de opbrengst van zijn slaaf kan Rodriquez zijn schulden betalen.
Vertrek naar La Florida
In het jaar 928 van de hegira (de islamitische jaartelling, die begint bij de vlucht van Mohammed van Mekka naar Medina in 622 na Chr.) maakt Senor Dorantes deel uit van de expeditie van Pánfilo de Narváez. Deze vertrekt met vier schepen, 600 mannen en ongeveer 100 paarden van Sevilla in Spanje naar het Westen. Mustafa gaat uiteraard met zijn meester mee. Ze komen aan in La Florida. Mustafa ontdekt een stuk goud in de bodem en laat dit zijn meester zien. Ze gaan op weg naar Apalache, in de hoop meer goud te vinden. Uiteindelijk blijkt Apalache een teleurstelling. Bovendien worden ze onderweg blootgesteld aan gevaren, ziekte en andere tegenslagen. Een groot deel van de mannen overleeft de ontdekkingstocht niet.
Na een grote storm, waarin de boten kapotgeslagen werden, blijft Mustafa alleen over met Dorantes, Castillo en Cabeza de Vaca. Mustafa is de enige slaaf, maar op dit moment tellen rangen en standen allang niet meer. Ze verblijven lange tijd bij verschillende stammen.
Ze komen bij de Avavare-stam terecht en Mustafa helpt een kleine zieke jongen. Hij geneest en Mustafa is een held. Hij wordt verliefd op Oyomasot, waarom weet hij niet, het is gewoon zo. Het hoofd van een naburige stam is ernstig ziek en kan niet genezen worden door de geneesheer. Ze hebben gehoord over Mustafa en willen dat hij langskomt. Hij herhaalt zijn nieuw ontdekte gave en de man wordt beter. Terug bij de Avavares wordt hij als held onthaald. Zijn drie metgezellen en hij trouwen allemaal met een vrouw van de stam. Mustafa is gelukkig in het Land van de Indianen, hij is niet meer alleen, zoals hij zich lange tijd heeft gevoeld in zijn leven als slaaf. Het woord over de geneesheer reisde snel, en zo werden ze steeds bij andere stammen uitgenodigd. Oyomasot ging met hem mee en genoot van de tijd onderweg.
Terugkeer naar vrijheid
Na acht jaar, sinds het begin van de expeditie, komen ze oog in oog te staan met vijf Castiliaanse soldaten. Ze krijgen de mogelijkheid om terug te keren naar huis, naar de vrijheid waar Mustafa al die tijd naar heeft verlangd. Oyomasot besluit om met hem mee te gaan, maar niet alleen zij, ook vele andere Indianen uit de stam. Ze vertrekken naar het Castiliaanse kamp, maar komen er al gaandeweg achter dat de intentie van de soldaten niet aansluit bij die van de vier overgebleven ontdekkingsreizigers. Ze zijn anders gaan denken, de Indianen zijn hun familie geworden, maar de soldaten beloven dat de slavernij is afgeschaft en dat het leven goed is in Nieuw-Spanje. Toch blijkt hun terugkeer een illusie. Mustafa is niet meer een sjamaan, maar een doodgewone man, en ookal is de slavernij afgeschaft, hij staat nog niet op gelijke voet met de blanken. In het Land van de Indianen was de relatie met Dorantes gegroeid tot vriendschap, maar hier keerde het terug naar die van meester en slaaf. Ook Oyomasot moest veel concessies doen. Mustafa was geneigd te denken dat alles verloren was, dat hij niets meer had. Maar dat was niet waar, hij had íets: zijn verhaal. De dienaars van het Spaanse Rijk hebben een ander verhaal, maar misschien is er geen één waarheid. Misschien is de waarheid het verhaal van onze gedachten, onze gevoelens en alles wat we gehoord en gezien hebben.