Hoe voed je je kind(eren) meertalig op?
Wanneer kinderen opgroeien met meer dan één taal, dan wordt er gesproken over meertalige opvoeding. Vaak gaat het hier om gezinnen waarvan één of beide ouders een andere moedertaal spreken dan in het land waar ze wonen. Omdat ouders willen dat hun kind(eren) zowel de taal van het land alsmede de moedertaal van de ouder(s) leert wordt een kind daarom meertalig opgevoed.
Taalontwikkeling tussen nul en zeven jaar
Je kunt je misschien afvragen of het voor een kind niet te moeilijk is om meerdere talen te leren. Het antwoord hierop is 'nee'. Tussen de leeftijd van nul en zeven jaar zal je kind een taal makkelijker leren dan op latere leeftijd. Je kind is dan als het ware nog een 'spons' dat alles opneemt. Wel belangrijk is om de taalontwikkeling van je kindje wat beter in de gaten te houden of het wel goed meekomt met andere kinderen van zijn/haar leeftijd. Niet elk kind is hetzelfde en zal een andere aanpak nodig hebben. Het ene kind pakt een taal snel op en een ander kind leert maar moeizaam één taal, laat staan een tweede of zelfs derde taal.
Een (basis)taal leren
De eerste negen maanden zal je baby vooral geluiden en klanken gebruiken om van zich te laten horen en na het eerste levensjaar zal een kind zijn/haar eerste woordjes leren. Na drie jaar heeft je kindje een woordenschat van ongeveer 800 woorden opgebouwd en bij het 4e jaar zijn dit er zelfs 3500. Je kind zal dan ook meerdere woordjes achtereen spreken. Hij/zij zal dan qua taal ook verstaanbaar worden voor anderen. Welke taal je kindje spreekt, maakt dan niet uit. Houd er wel rekening mee dat wanneer een kind meerdere talen spreekt, deze pas na een jaar of 4 ook uit elkaar kan houden. Tot die tijd zullen de twee talen nog door elkaar worden gesproken. Bij de woordenschat worden de woorden van beide (alle) talen die het kind spreekt bij elkaar opgeteld. Als het kind dus maar 10 woorden in het Nederlands zou spreken, maar wel 20 woorden in het Engels/Duits/Spaans, etc, dan is de totale woordenschat nog steeds 30 woorden. Het kan voorkomen dat een kind dat met meerdere talen opgroeit wat minder snel is in de taalontwikkeling dan een kind dat maar één taal spreekt. Dit zou in principe na een aantal jaar weer bijgetrokken moeten zijn. Vind je dat de taalontwikkeling wel erg achterblijft, dan is het wel beter dit aan te geven bij een dokter/consultatie bureau. Wellicht heeft je kind dan wat extra (logopedische) hulp nodig.
Hoe kun je meertaligheid het best stimuleren?
Een meertalige opvoeding en communicatie kan op vele manieren gestimuleerd worden. Het is belangrijk om taal altijd aan te bieden, welke taal het ook is, maar dwing niet.
Voorlezen is belangrijk!
Voorlezen is belangrijk voor de taalontwikkeling en hoe eerder je hiermee begint, des te beter! Tien tot vijftien minuten per dag is al voldoende. Het maakt dan niet zoveel uit in welke taal je dan voorleest. Op jongere leeftijd is het ook belangrijk om boeken met plaatjes te hebben. In de babytijd kun je ook al beginnen met voorlezen, ook al begrijpt je baby het dan niet. Plaatjes kijken is dan ook leuk en je kunt er wat bij vertellen. Naarmate je kindje ouder wordt kun je het voorlezen wat uitbreiden door wat dieper op het verhaal in te gaan of door bijvoorbeeld tussendoor of na het verhaal wat vragen te stellen over het verhaal. Hierdoor betrek je je kind meer bij het verhaal. Vervang moeilijke woorden door makkelijkere woorden als je weet dat je kindje bepaalde woorden echt niet begrijpt. Je wekt ook interesse in het voorlezen als je af en toe een stemmetje gebruikt voor een personage. Zorg dan wel weer dat je duidelijk spreekt.
Volgen niet dwingen
Een kind meerdere talen leren/aanbieden moet een natuurlijk proces zijn dat niet gedwongen is. Ga je kind niet dwingen om een tweede taal te spreken als het dit niet wil. Het motto is hier dan ook 'Volg je kind in plaats van dat het jou moet volgen'. Hiermee wordt bedoeld dat je beter gebruik kunt maken van de momenten waar je kind het meest ontspannen en bereid is naar je te luisteren. Gebruik hiervoor spontane leermomenten.
Spontane leermomenten
Kinderen zijn onpeilbaar en willen niet altijd wat jij wilt. Het is daarom moeilijk te sturen en je kunt geen vast moment met ze plannen om een taal te praten of te oefenen. Gebruik dan liever de spontane leermomenten. Deze zijn bijvoorbeeld:
- Tijdens het voorlezen
- Tijdens het aankleden
- Als ze uit school / dagopvang komen
- Tijdens het knutselen
- Tijdens het boodschappen doen
- Tijdens het eten koken
Je kinderen zijn dan wat meer ontspannen en pikken eerder iets op en luisteren dan ook meer naar je. Ze voelen zich dan ook niet gedwongen. Je kunt bij deze situaties gebruik maken van taal door bijvoorbeeld kleding te benoemen tijdens het aankleden, of vragen wat ze op school hebben gedaan, wat je aan eten gaat kopen en wat je aan het koken bent.
Korte tips
Hier nog wat tips over wat wel en niet handig is om te doen bij het leren van een (tweede) taal.
- Praat duidelijk en niet te snel, gebruik goede zinnen die niet te lang zijn
- Luister naar je kind en geef hem/haar de kans iets te vertellen
- Wanneer je kind fouten maakt, wijs daar dan niet op, maar herhaal de zin zoals deze wel zou moeten zijn
- Geef complimenten aan je kind, laat hem/haar vooral weten hoe knap je het vindt dat hij/zij twee of drie talen spreekt.
Vragen over meertalige situaties thuis
Als gezin waar meerdere talen gesproken worden, zul je altijd bepaalde vragen hebben over de taalontwikkeling- en opvoeding. Zoals bijvoorbeeld onderstaande vragen.
Helpt televisie kijken bij het leren van een taal?
Het antwoord is beide "ja" en "nee". Er zijn natuurlijk leerzame programma's die kinderen iets willen leren en die ook beschikbaar zijn in meerdere talen (bijvoorbeeld via YouTube). Maar dit wil niet zeggen dat je kind ook iets leert. Het zal onbewust iets oppikken maar het merendeel kijken ze gewoon gebiologeerd zonder erbij na te denken. Doen wij dit namelijk ook niet zo? Je kan aan televisie of filmpjes kijken wel een leerzame draai geven door zelf ook mee te kijken en ondertussen bij het programma iets vragen, of uitleg te geven of je kind vragen waar het naar kijkt. Door mee te kijken geef je je kind het gevoel dat het programma belangrijk is en het zal daardoor ook beter gaan opletten. Doe dit echter niet te lang, want de aandacht van je kind zal niet zo lang blijven bij je vragen en opmerkingen.
Mijn kindje weigert mijn moedertaal te spreken ondanks het feit dat ik het dagelijks spreek met hem/haar
In de vroegere kinderjaren zal je kind een taal gewoon zonder problemen oppikken, welke taal dan ook, maakt geen onderscheid. Wanneer je kindje echter een jaar of 3 is, dan zal hij/zij merken dat er verschillen zitten tussen talen. Op school leert hij/zij Nederlands, maar door de vader of moeder wordt dan thuis vaak nog een andere taal gesproken. Je kindje merkt dan dat de taal thuis soms anders is en vraagt zich af waarom. Het kan dan zijn dat je kindje ineens geen zin meer heeft om een andere taal naast het Nederlands te spreken. Dit verandert later wel weer wanneer ze wat ouder zijn. Belangrijk is om niet te wanhopen en gewoon de moedertaal aan te blijven bieden en dit met het kind te spreken. Laat je kindje weten dat jij het belangrijk vindt dat deze andere taal ook door hem/haar gesproken wordt, maar dwing niet, dit werkt alleen maar averechts. Uiteindelijk als je de taal gewoon blijft spreken, pikt je kindje het toch onbewust wel op en zal het vroeger of later gewoon weer meedoen.
Wij spreken thuis een andere taal dan het Nederlands, moeten wij dan verplicht Nederlands praten thuis?
Er zijn ook gezinnen waar het Nederlands niet de moedertaal is van beide partners. Je kind leert als het ware alleen Nederlands op school. Op zich is daar niets mis mee, het hoort Nederlands overal om zich heen op straat, in de winkel en op school en over het algemeen is dit wel voldoende om de taal redelijk op te pikken. Moet je als ouder dan ineens Nederlands met je kind leren praten? Het antwoord hierop is "nee". Als Nederlands niet de moedertaal is kan je wel Nederlands met je kindje gaan praten, maar als je Nederlands fouten heeft qua uitspraak en woordenschat, dan leer je de fouten ook aan je kind en dit is weer niet de bedoeling. Wat je wel kunt doen is je kind laten afspreken met Nederlands sprekende kinderen of bij de Nederlandse buurvrouw op bezoek of misschien een buitenschoolse activiteit waar ook andere (Nederlandse) kinderen zijn.
Wat als mijn kind een taal (ontwikkelings)stoornis heeft?
Bij een taalontwikkelingsstoornis heeft je kind moeite met het leren van één taal, laat staan met twee talen of zelfs meer. Je kind pikt dan de basis van een taal niet goed op en zal hierdoor achter blijven. Of je dan tot het besluit moet komen om je kind dan maar de taal die hij/zij op school heeft als enige taal aan te houden, dat is aan jezelf en misschien wel (voorlopig) een goed idee omdat je dan wat minder druk uitoefent op je kindje qua verwachtingen. Het motto is hierbij dat taalontwikkeling komt voor de meertalige taalontwikkeling. Je kunt ook proberen de andere moedertaal in het weekend of een bepaalde dag te blijven spreken maar het merendeel in het Nederlands te doen. Daarnaast is het belangrijk om de taal die op school aan bod komt extra thuis te oefenen.