Vereenvoudig je teksten
Het is soms al flink zoeken om tot een volledige en samenhangende tekst te komen. Een tekst aanpassen aan een specifiek doelpubliek is nog moeilijker. Zeker als de tekst vereenvoudigd moet worden. Je zal moeten groeperen, de lay-out moeten aanpassen, misschien van illustraties voorzien en schrappen. Doe je dit echter te drastisch, dan kan de tekst te simpel worden en zo zijn aantrekkingskracht verliezen. Pas de tekst daarom altijd stap voor stap aan. Controleer daarna of je de aanpassingen terecht maakte. Is dat niet zo, dan ga je terug naar de vorige versie. Een tekst eenvoudiger maken is een delicate evenwichtsoefeningen. Maar een overzicht van de volgende stappen kan heel nuttig zijn.
Het schrijven van een goede, samenhangende tekst is niet zo gemakkelijk. Als de tekst klaar is, zal je je moeten afvragen of die wel geschikt is voor je doelpubliek. Want, hoe duidelijk de dingen voor jezelf ook kunnen zijn, voor een ander is het soms simpelweg te hoog gegrepen. Dan zal je moeten vereenvoudigen.
Wanneer vereenvoudigen?
- Je tekst bevat veel specifieke woorden of vakjargon.
- Je schrijft voor een doelpubliek dat volledig of gedeeltelijk uit anderstaligen bestaat.
- Je schrijft voor mensen met heel weinig tijd.
- Je schrijft voor het internet.
- Je schrijft voor jonge kinderen.
- Je schrijft voor beginnende lezers.
- Je schrijft voor een medium dat uiteindelijk niet gelezen maar beluisterd zal worden.
- Je schrijft voor een doelpubliek met leesmoeilijkheden, bijvoorbeeld dyslectie.
Probeer eerst heel duidelijk te bepalen naar wie je je richt. Soms is dat duidelijk, maar dat is zeker niet altijd zo. Schrijven voor jong en oud, is zo’n misvatting. Soms wordt er gedacht dat fantasie zodanig drempelverlagend werkt dat iedereen de tekst zal begrijpen en dat iedereen er ook van zal genieten. Dat werkt dus maar zelden. Probeer altijd om zo specifiek mogelijk te denken. En schrijf je een webtekst, vraag je dan af wie vooral geïnteresseerd zal zijn in deze website.
Hoe kan ik mijn teksten eenvoudiger maken?
- Lees na en onderstreep ieder woord dat misschien moeilijk is. Af en toe een zwaarder woord kan wel, maar probeer hier zeker te doseren. Vervang moeilijke woorden, leg ze uit of laat de betekenis duidelijk blijken uit de context.
- Overweeg om spreekwoorden weg te laten of duid ze dubbel. Bijvoorbeeld: Hij heeft een aardje naar zijn vaartje, hij lijkt sprekend op zijn vader.
- Verdeel je tekst betekenisvol in alinea’s. Een witregel kan wonderen doen. Wie moeilijkheden heeft met lezen, zal de verdeling van een tekst in overzichtelijke tekstblokken als een verademing ervaren.
- Zorg voor een duidelijk lettertype dat groot genoeg is. Arial, Verdana of Calibri zijn voorbeelden van duidelijk fonts.
- Vermijd of verduidelijk vakjargon. Voorbeelden van medische vaktaal: abdominaal, antidotum, cardiaal,…
- Maak je zinnen niet te lang. Zorg dat ze korter zijn dan twaalf woorden. Ga na een zin eventueel naar een volgende regel.
- Verander in je tekst niet van vertelperspectief. Zorg er dus voor dat je verhaal volledig door hetzelfde type verteller verteld wordt. Vertel je vanuit een personage uit het verhaal, zorg er dan voor dat de lezer het verhaal alleen door de beleving van dat personage kan volgen.
- Maak gebruik van foto’s of afbeeldingen. Deze verluchten het blad en kunnen woorden uitleggen.
- Groepeer betekenisvol. Zorg er dus voor dat de tekst er ook visueel logisch uitziet.
Leef je in
Het toepassen van deze regels vraagt wat tijd, maar is uiteindelijk niet zo moeilijk. Minder makkelijk, is het doseren. Pas je al deze regels toe, dan wordt je tekst misschien té eenvoudig. En ook dat kan onaantrekkelijk zijn voor je doelgroep. Vergeet dus zeker niet om je gezond verstand te gebruiken en je in te leven. Herlees meerdere malen, wees kritisch en werk eventueel met proeflezers. Veel succes!