Hersenschimmen-Bernlef
Hersenschimmen is een boek van Bernlef. Het gaat over een man in Amerika die dementerend is. Het boek laat het proces van deze ziekte erg goed naar voren komen. Hier volgt een boekverslag van Hersenschimmen.
Beschrijvingsopdracht
Korte samenvatting
De 72 jaar oude Maarten Klein woont met zijn vrouw Vera in Gloucester, aan de oostkust van de Verenigde Staten. Ze komen oorspronkelijk uit Nederland maar in de jaren vijftig zijn ze naar Amerika geëmigreerd. Ze hebben twee kinderen, Kitty en Fred, maar die zijn teruggegaan naar Nederland. Tot zijn pensioen werkte Maarten als notulist bij de IMCO (Intergovernmental Maritime Consultative Organization), een visserijorganisatie.
Elke doordeweekse dag staat Maarten voor het raam om de schoolbus met kinderen te zien stoppen. Ook vandaag weer. Maar nu komen de kinderen niet. Vera herinnert hem eraan dat het zondag is en dat er dus ook geen schoolbus komt. Het blijkt dat hij een beetje verstrooit begint te worden. Hij had ’s ochtend zijn koffie koud laten worden en Vera had hem al twee keer gevraagd om hout uit de schuur te halen, wat hij nog steeds niet gedaan had. Maarten piekert over zijn vergeetachtigheid. Hij geeft de schuld aan de lange winter en de sneeuw. Hij wil niet accepteren dat het aan hemzelf ligt. Ook merkt Maarten dat hij steeds vaker dingen zegt die hij vroeger alleen op zijn werk zei. “Ik moet even naar het toilet,” in plaats van “naar de wc.” Hij moet steeds vaker aan het verleden denken. Aan zijn werk, aan de Tweede Wereldoorlog, of aan zijn kindertijd. Soms als hij in gedachten verzonken is doet hij hetzelfde als waar aan hij denkt. Bijvoorbeeld als hij eraan denkt dat hij van de juffrouw een potlodendoos moest halen, gaat hij hem zoeken in het washok, op de bovenste plank. Totdat Vera aan hem vraagt wat hij aan het doen is. Dan beseft hij waar hij eigenlijk mee bezig is.
Dit soort gebeurtenissen stapelt zich op. Hij verdwaalt tijdens een wandeling met de hond, Robert, of hij wil naar een IMCO-vergadering gaan, terwijl hij allang gepensioneerd is. Vera is ongerust en besluit naar de dokter te gaan, dokter Eardly. Hij raadt haar aan oude foto’s met hem te bekijken. Maarten weet veel foto’s van het verleden wel te plaatsen, maar foto’s van dingen die kort geleden gebeurd zijn weet hij zich niet meer te herinneren. Als hij daar later achterkomt spijt hem dat erg. Ook begint Maarten moeite te krijgen met het Engels. Soms moet hij de zinnen eerst vanuit het Nederlands naar het Engels vertalen. Zijn toestand wordt steeds erger. Hij begint bijvoorbeeld Vera te verwarren met zijn moeder. Ook denkt hij dat hij in het huis van zijn grootouders woont.
Een keer als Vera weg is slaat Maarten een ruit in om Robert binnen te laten. Ook laat hij het gas aanstaan. Als dokter Eardly langskomt ziet hij hem als een tegenstander in een moeilijke onderhandeling. Hij praat met de dokter volgens een vergaderstrategie, van zijn ex-collega Karl Simic. De dokter wil hem een kalmerende injectie geven maar Maarten slaat de spuit uit zijn handen. Omdat de situatie gevaarlijk wordt krijgt Vera via dokter Eardly een gezinshulp, Phil Taylor. Maarten verwart haar vaak met zijn vroegere pianolerares Greet of met zijn dochter Kitty.
Wanneer hij 's nachts door het huis gaat dwalen, binden Vera en Phil hem aan zijn bed vast. ’s Ochtends wordt Maarten wakker en merkt hij dat hij in zijn bed heeft gepoept. Vera en Phil doen hem in bad en daar krijgt hij een erectie. Eerst doet hij er heel gewoon over maar als hij hem vastpakt beseft hij vol schaamte dat hij van hem is. Op een ochtend steekt hij de openhaard aan.en verbrandt hij de foto’s waarop hij is afgebeeld. Hij herkent zichzelf niet meer. Vera en Phil binden hem vast op een stoel. Ook hen herkent hij niet meer. Hij wordt naar een inrichting gebracht. Maarten krijgt nog maar kleine dingen door van zijn omgeving. Soms heeft hij nog heldere gedachten waarbij de taal een belangrijke rol speelt. Het boek eindigt met een mededeling van vrouw, van wie hij niet weet dat ze Vera is:
Ze vertelt hem dat de lente op het punt staat te beginnen.
Onderwerp
Volgens mij is het onderwerp van de tekst dementie. Ik vind dat de schrijver het onderwerp goed heeft uitgewerkt. De schrijver geeft geen visie over het onderwerp. Hij vertelt gewoon wat er is gebeurd.
Gebeurtenissen
Er zijn geen bepalende gebeurtenissen voor het verhaal. Maar wel een heleboel kleinere gebeurtenissen door het hele verhaal heen. Uit die gebeurtenissen kun je opmaken dat Maarten steeds zieker wordt. Bijvoorbeeld vaak dezelfde vragen stellen, of mensen verwarren met anderen uit het verleden. Het proces van verslechteren zag ik ook terug in het boek. Eerst zag je zijn verstrooidheid. Dan beseft hij dat hij dement wordt. En als laatste herinnert hij zich bijna niks meer. De 2e ‘periode’ vind ik het ergst, ook voor de familie.
Personages
De hoofdpersoon uit het boek is Maarten Klein. Hij is een lieve man die zijn vrouw heel graag ziet. Soms wil hij zijn vrouw nog verwennen zoals hij dat vroeger deed. Hij heeft nog heel jeugdige ideeën. Je leert Maarten heel goed kennen, omdat je het verhaal beleeft door zijn ogen. Je merkt ook erg goed aan wat hij denkt, dat hij steeds verwarder wordt. Op het eind denkt hij zelfs alleen nog maar in korte zinnetjes, en weet hij nauwelijks nog wat hij doet of wat er gebeurt. De hoofdpersoon vervult geen heldenrol. Integendeel, hij is meer een slachtoffer. Met Vera kan ik me goed identificeren. Zij staat als vrouw heel dicht bij Maarten. Ik heb zelf gezien en een beetje gemerkt hoe moeilijk dat is. Voor haar is het misschien wel net zo erg als voor Maarten zelf. Ik begrijp dat ze een gezinshulp neemt omdat het erg moeilijk is om in je eentje voor zo iemand te zorgen. Ook dat ze op het eind Maarten naar een inrichting laat gaan is begrijpelijk. Dat is, hoe moeilijk het ook is, uiteindelijk onvermijdbaar.
Opbouw
Ik vind de opbouw in het begin niet erg ingewikkeld. Het verhaal leest dan ook gemakkelijk weg. Later wordt het lastiger omdat je nog maar een paar dingen leest van wat er echt gebeurt. Ik vond het erg lastig om nog te begrijpen wat er dan aan de hand was. Soms moest ik daarom een stukje tekst een paar keer opnieuw lezen. Je ziet de gebeurtenissen door de ogen van 1 persoon, Maarten zelf. Ik vind de manier waarop je de gebeurtenissen ziet wel geslaagd. Je weet daardoor ook, zoals ik al eerder aangaf, hoe de toestand van Maarten verandert. Ik bleef aan het eind eigenlijk met geen vragen zitten. Het boek heeft niet een overduidelijk eind, maar je kan wel raden hoe het afloopt met Maarten.
Taalgebruik
Ik vind het taalgebruik in het begin niet zo moeilijk. Op het laatst vond ik het wel moeilijk, omdat je maar korte stukjes las uit wat er echt gebeurde, omdat Maarten zelf nog maar heel weinig door kreeg van de omgeving. In het verhaal ging het even over Chauvas. Ik begreep niet goed wie hiermee bedoeld werd, maar ik heb het ook niet uitgezocht omdat het niet belangrijk was voor het verdere verloop van het verhaal.
Verdiepingsopdracht
De belangrijkste open plekken
Er zijn geen heel belangrijke open plekken. Er zijn wel kleine open plekken die vrij snel weer worden ingevuld. Bijvoorbeeld als hij wil gaan wandelen zegt hij: ‘Ik moet naar buiten, ik moet er naar toe!’ Je weet dan niet waar hij heen moet, maar een paar bladzijden later blijkt dat hij denkt dat hij naar zijn werk moet. Er is ook een open plek in het begin van het boek. Als het nog niet duidelijk is dat hij dementerend is en dat hij opeens zijn vrouw niet meer herkent. Maar deze open plek kan je eigenlijk zelf wel invullen. Aan het eind van het verhaal zitten veel kleine open plekken. Die bestaan uit vage zinnen waarvan ik sommigen nu nog niet helemaal snap.
Manipulatietechnieken en de belangrijkste spanningsboog
De schrijver gebruikt eigenlijk nauwelijks manipulatietechnieken. Hij houdt alleen, vooral op het laatst, informatie achter. Maar ik weet niet of hij dit bewust doet, want de hoofdpersoon krijgt die informatie ook niet. Een belangrijke spanningsboog ontstaat in het begin van het boek. Je denkt dan: ‘Wat is er met hem aan de hand?’ En ‘Wat bezielt hem?’. Deze vraag wordt gedurende het hele boek beantwoordt.
Open of gesloten einde?
Het boek heeft een open einde, maar je kan het einde heel makkelijk zelf invullen. Bij het einde van het boek zit Maarten in een inrichting. Ik verwacht dat hij daar de rest van zijn leven zit, zonder dat er nog veel gebeurt. Normaal vind ik een open einde niet leuk, maar omdat ik het einde nu wel zelf in kan vullen, vind ik het niet erg.
Is het boek literair?
Het boek dat ik gelezen heb is een literair boek, omdat je wordt aangezet om over de gebeurtenissen na te denken. Ik tenminste wel. Namelijk doordat het boek indruk gemaakt heeft op mij. Het boek heeft indruk op mij gemaakt doordat je ziet dat dementie heel erg is voor de persoon zelf, en voor de familie. Ook denk je na over de wat je zou doen als je in de schoenen van Vera stond.