Beroepshouding SPW'er

Wanneer je de SPW-opleiding doet en je loopt stage, dan krijg je steeds meer inzicht in de beroepshouding van een SPW' er. Je leert hoe je zelf in je begeleiding staat en leert je eigen beroepsmatig handelen te analyseren. Tevens raak je steeds meer bekwaam in verantwoording afleggen m.b.t. je eigen handelen. Je moet een kritische houding t.a.v. je begeleiding aannemen en een visie hebben. Ook is deskundigheidsbevordering noodzakelijk. Wat kenmerkt nu de beroepshouding van de SPW' er? Sowieso word je als persoon gevormd door een aantal belangrijke aspecten, die je grondhouding bepalen.

Je bent gevormd door:

• cultuur en levensbeschouwing
• waarden, normen, wensen, gewoonten
• positie en opleiding
• gevoelens en emoties
• grenzen, privacybehoefte
• seksualiteitsbeleving

Door bovengenoemde is je grondhouding dus tot stand gekomen en de grondhouding bestaat uit opvattingen, gedachten en gevoelens. De grondhouding neem je mee wanneer je aan de opleiding SPW begint, en is de basis voor je beroepshouding. Naarmate je meer ervaring hebt in het werken met je doelgroep, spijker je je grondhouding bij, en ontstaat je beroepshouding. Kennis is anders dan een houding. Kennis doe je op, en een houding laat je zien. De beroepshouding bepaalt hoe je omgaat met je beroep als begeleider en de plaats die je hebt als werknemer in je instelling. Onderdelen die altijd deel uitmaken van de juiste beroepshouding zijn: respect voor de cliënt, de cliënt als uitgangspunt en oog hebben voor de persoonlijke ontwikkeling van de cliënt.

Beroepshouding van een pedagogisch werker

• Inlevingsvermogen
• Echtheid
• Vertrouwen
• Acceptatie

Empathie (inlevingsvermogen)

Inlevingsvermogen moet zichtbaar zijn in gedrag. De ander moet kunnen ervaren dat je begrip toont. Het moet duidelijk zijn dat je luistert naar de gevoelens van de cliënt en dat je deze ook voor de cliënt verwoord. Om je empathie te vergroten kun je gebruik maken van je eigen ervaringen en de ervaringen van een ander. Maar ook kun je gebruik maken van boeken en films waarin iemands persoonlijke ervaringen centraal staan.

Echtheid

Je moet jezelf durven zijn. Een cliënt voelt het wanneer je niet echt bent. Dit belemmert je contact met de cliënt. Maar ook je communicatie met collega's. Echt zijn, betekent dat er overeenstemming is tussen je innerlijke belevingswereld en je uiterlijke gedrag. (wat je voelt en wat je laat zien). Ga dus zoveel mogelijk naast de cliënt staan, zorg dat wat je zegt/doet klopt met wat je denkt en voelt, maak gebruik van ervaringen van anderen en deel je eigen ervaringen. Durf je zwakke kanten ook te laten zien.

Vertrouwen en acceptatie

Wanneer een SPW' er de juiste beroepshouding heeft, betekent dit dat hij/zij als agogisch begeleider de cliënt aanvaardt zoals hij/zij is en hem/haar waardeert met zijn/haar specifieke eigenschappen, kwaliteiten, tekortkomingen.

Verder is het belangrijk te beseffen, wanneer je als SPW' er in het agogisch werkveld werkt, dat je relatie met de cliënt een functionele beroepsmatige relatie is en een functionele samenwerkingsrelatie.

Dit betekent dat:

• Je gericht bent op hetzelfde doel, je handelt doelgericht.
• Je samenwerkt om het doel te bereiken, stem je gedrag af op het doel van de cliënt
• Je afspraken maakt die passen bij je doelen
• Je gevoelens uit, niet alleen in het product maar ook in het proces. Want product en proces hangen sterk samen.