De Franse Revolutie: Hoe het allemaal begon
Het begon natuurlijk allemaal met de Franse revolutie, de mensen in Frankrijk waren niet tevreden over de gang van zaken. hier kunt u het begin van dit hoofdstuk van de franse geschiedenis lezen. hoe het allemaal begon.
Hoe het allemaal begon
In 1789 riep koning Lodewijk XVI vertegenwoordigers van de drie standen (adel, geestelijkheid en burgerij) bijeen om de greep te krijgen op de catastrofale financiële situatie van Frankrijk. De derde stand, de burgerij, maakte 98% van de bevolking uit en droeg de belastingdruk terwijl ze weinig rechten had.
nadat de koning een ultraconservatieve regering had geïnstalleerd, kwam het volk in opstand en gingen de Bastille, een gevangenis en symbool van macht van de staat bestormen en verwoesten.
De revolutie was begonnen.
Twee dagen later dwong de Nationale vergadering de koning de revolutionaire
tricolore in de nationale kleuren blauw-wit-rood als symbool van het bondgenootschap tussen koning en volk te aanvaarden. Er waande een revolutionaire koorts in het land.
Radicalisering
De radicalisering van de revolutie werd op gang gebracht door het ondiplomatieke gedrag van de koning, en door externe druk. Zelfs nadat Lodewijk XVI tijdens de viering op het Champ de Mars de eed op de nieuwe grondwet had afgelegd, probeerde hij deze tevergeefs te blokkeren. Hij vluchtte met zijn gezin uit Parijs, maar werd bij Varennes gevangen genomen. De radicale partijen van de Revolutie eisten de afschaffing van de monarchie en het uitroepen van een Franse republiek. In 1791 vluchtte de meerderheid van de adel uit Frankrijk weg en zij ageerden als emigranten in het buitenland tegen de Revolutie, steun zoekend bij invloedrijke partijen in heel Europa.
Jakobijnen en Girondijnen
Vanaf midden 1792 speelde er een strijd om de controle over de revolutie tussen de gematigde girondijnen en de radicale groepen van de cordeliers en de jakobijnen (genoemd naar hun vergaderplaats in een klooster in de Rue St Jacques). De leiders van de girondijnen waren Jean-Pierre Brissot en de minister van Binnenlandse Zaken, Jean-Marie Roland.Ze pleitten voor oorlog en het exporteren van de Revolutie naar de rest van Europa. De Radicale kant creëerden een broeiend en gewelddadig klimaat in de stad, wat vooral duidelijk werd toen de slachting onder de vijanden van de Revolutie in september 1792 (de septembermoorden) door minister van Justitie Danton werd getolereerd. uiteindelijk kregen de jakobijnen de macht.
Het schrikbewind van de jakobijnen
Binnen het jakobijnenkamp bestonden diverse stromingen. eerst was er een machtstrijd tussen Georges Danton, die de gewelddadige heerschappij van de straat wilde stoppen, en Maximilien de Robespierre, die een radicale verandering van alle maatschappelijke instellingen wilde. Robespierre, sinds 1793 hoofd van de jakobijnen won. Door executie elimineerde hij in 1794 eerst de resterende radicalen rond Hébert, en toen, in april van dat jaar, de gematigden rond Danton. Robespierre vestigde de dictatuur van het
Comité de salut public. Deze fase van de revolutie staat als het schrikbewind of de Terreur bekend.
Massa executie en zittingen van het Revolutionair Tribunaal waren aan de orde van de dag. De terreur heerste drie maanden totdat het tot een uitbarsting kwam in een tumultueus tafereel in de Nationale Conventie. Robespierre en zijn kameraden werden afgezet en tot de guillotine veroordeeld. Terwijl Parijs het einde van het schrikbewind vierde, rukte het leger verder het Duitse Rijnland en de Nederlanden binnen. In 1795 sloeg generaal Bonaparte een gunstelling van Barras, Een opstand tegen de Conventie neer. Vanaf dat moment streefde Napoleon Bonaparte steeds duidelijker naar de macht. Na de val van het Directoire in 1799 werd hij, met titel van eerste consul, alleenheerser van Frankrijk.
Bron: Illegible, Wikimedia Commons (Publiek domein) Belangrijke personen van de Revolutie
Jacques Pierre Brissot (1754-1793)
- Ging in 1788 naar de VS om slaven te bevrijden.
- Werd in 1789 lid van Parijse Commune en was een toonaangevende intellectueel in de girondijnengroep.
- Ontwierp de Franse oorlogsverklaring aan Oostenrijk en de Nederlanden, gekant tegen terreur.
- Werd in 1793 met de girondijnen opzij gezet.
- Vluchtte Parijs uit maar werd gegrepen en op 31 oktober 1793 terechtgesteld.
Lazare Carnot (1753-1823)
Trad in 1791 toe tot de conventie en werd in augustus 1793 lid van het Comité de salut public. Betstuurde militaire zaken waaronder conscritie voor de revolutionaire legers. Werd in 1797 uit het Directoire gezet, maar in 1801 tot tot minister van Oorlog benoemd onder Napoleon. Wees het keizerrijk af en werd in 1815 lid van de voorlopige regering. vluchtte later naar Pruisen.
Georges Danton (1759-1794)
Advocaat en begaafd politiek redenaar die aan de bestorming van de Bastille in 1789 deelnam. Medeoprichter van de club van de Cordeliers. Bouwde een politieke machtsbasis op in Parijs en stimuleerde de bestorming van het Tuilerieënpaleis in 1792. Zette als minister van Justitie de toon voor de Septembermoorden. Bepleite in 1793 matiging om heerschappij van de straat te voorkomen. Werd begin 1794 door de radicale jakobijnen in een machtsstrijd verslagen. Terechtgesteld op 5 april 1794
Jacques René Hébert (1757-1794)
Radicale jakobijn die in 1789 de krant Père Duchesne lanceerde. Trad in 1792 tot de lokale revolutionaire raad in Parijs toe en speelde een voornamen rol bij de Septembermoorden. werd terechtgesteld op 24 maart 1794.
Maximilien de Robespierre (1758-1794)
Advocaat die in 1789 lid van de Nationale Vergadering werd. Werd in 1791 leider van de jakobijnenclub. Volgde een radicale agenda en viel de monarchie en de girondijnen aan. Werd uit de Conventie gezet en in juli 1794 geëxecuteerd.