De zorgkast, een signaleringsinstrument voor basisonderwijs
Vandaag de dag staan leerkracht en basisschool met lege handen als het gaat om een objectieve signalering van gedragsproblematiek bij leerlingen. Leerkrachten gaan doorgaans af op ervaring en intuïtie. De hulpvraag is dan ook zeer algemeen en mondt meestal uit in een interactieonderzoek tussen leerling en leerkracht en in de afname van enkele tests, meestal capaciteitentests.
De Zorgkast ®
Een signaleringsinstrument gedragstoornissen voor het basisonderwijs.
Deze onderzoeken zijn duur en trekken een zware wissel op het budget van de school. Men kan zich niet veel misstappen veroorloven. Maar ook na het onderzoek blijven leerkracht, leerling en ouders in het ongewisse. Bij twijfel over de gedragsproblematiek wordt de leerling doorverwezen voor verdere diagnostiek en komt daarvoor meestal op een lange wachtlijst te staan. Na een diagnose is er dan weer een wachtlijst voor de behandeling, waarover leerkracht en basisschool bovendien slecht geïnformeerd worden. De Zorgkast® is ontwikkeld als ondersteuning voor ervaring en intuïtie, als vervanging voor nodeloze interactieonderzoeken en als schakelstuk tussen basisschool en hulpverlening.
Observatielijst en practicumkast
De Zorgkast® bestaat uit twee delen, een observatielijst en een practicumkast.
Observatielijst
De vaste leerkracht vult de observatielijst in, die als eerste het signaal bij problematisch gedrag geeft. De observatielijst bestaat uit 60 vragen met een score op een 10-punten schaal. Het geobserveerde gedrag moet zich minstens 6 maanden voordoen. (DSM IV)
De 6 dimensies waarop wordt gescoord, zijn:
- concentratie
- hyperactiviteit
- impulsiviteit
- sociale omgang met klasgenootjes
- sociale omgang met leerkrachten
- opstandig gedrag
Practicumkast
De practicumkast bevat 9 eenvoudige practicumproefjes, die door de leerling in zijn eigen klas (waar het gedrag zich voordoet!) en tijdens de lessen worden uitgevoerd. De proefjes worden afgenomen door 2 begeleiders, waarvan de ene de scorelijsten hanteert en de andere de leerling begeleidt bij de uitvoering van het practicum.
Er wordt gescoord op 5 dimensies:
- concentratie
- hyperactiviteit
- impulsiviteit
- motoriek
- tempo
Verwijzingen
Er zijn 3 mogelijke verwijzingen, welke aan de hand van een kleurcode worden vastgesteld.
Geen verwijzing
Met de leerling in kwestie is niets aan de hand, de leerling vertoont geen gedrag dat afwijkt van de gemiddelde leerling.
Interne verwijzing
De uitslagen op de onderlinge dimensies zowel van de observatielijst als van het practicum zijn in dit geval niet eenduidig, het algehele beeld wijst daarentegen wel op een verstoring van het functioneren van de leerling. Met de interne verwijzing wordt bedoeld dat een intern begeleider of de zorgcoördinator van de uitslagen op de hoogte wordt gebracht. De verdere te nemen stappen worden besproken met de leerkracht of met het team. Het is niet de bedoeling om de leerling door te verwijzen voor enige externe diagnostiek. De basisschool kan het probleem in principe zelf behandelen.
Doorverwijzing voor verdere externe diagnostiek
De uitslagen van zowel de observatielijst als van het practicum zijn in dit geval wel eenduidig en de leerling scoort onder het gemiddelde van de standaardgroep. Verdere diagnose is geboden.
Resultaten van het proefonderzoek
Uit de steekproefresultaten van het proefonderzoek* blijkt dat:
Met betrekking tot de verwijzing:
- de Zorgkast® alle 'geen-verwijzingen' correct gesignaleerd heeft.
- de Zorgkast® alle 'interne verwijzingen' op 1 na correct gesignaleerd heeft.
- de Zorgkast® alle 'externe verwijzingen' correct gesignaleerd heeft.
Financieel:
De basisschool geen overbodige uitgaven heeft gedaan wat betreft het inhuren van externe diagnostiek.
De basisschool interne krachten adequaat en zonder wachtlijstproblematiek heeft kunnen inzetten.
Uit oogpunt van diagnose en hulpvraag:
De uitslagen van de Zorgkast® kunnen worden meegenomen bij het verdere diagnostisch nderzoek.
Hulpvragen van leerlingen, leerkrachten en ouders tijdig en op hun verdiensten worden beoordeeld.
Verschil met de huidige instrumenten
Door de objectivering van de subjectieve waarnemingen van de leerkracht worden mogelijke missers van de leerkracht, veroorzaakt door beoordelingstendenties, voorkomen.
Algemene conclusies
Met de Zorgkast®:
Is een aanzienlijke reductie van vals-positieve en vals-negatieve testen op probleemgedrag mogelijk. Is de wachtlijstproblematiek aanzienlijk terug te dringen. Krijgen ouders, leerling en basisschool een objectief instrument in handen, waarmee zij ”autonoom”meer greep op alle belangrijke facetten van deze problematiek kunnen houden. Besparen basisscholen een substantieel bedrag op het budget voor “externe” signaleringsonderzoeken.
*Aan alle eisen van een "dubbelblind onderzoek" is voldaan.