Begripsanalyse: Macht
Macht is een begrip wat in veel verschillende gebieden voorkomt. Veel mensen hebben wel enig idee wat het inhoudt. Toch wordt het erg verschillend gebruikt en varieert, zeker in de filosofie, de betekenis van het begrip. In dit artikel wordt het begrip macht uitgediept aan de hand van definities, tegenovergestelde begrippen, verschillende filosofen en voorbeelden.
Vier definities van het begrip macht
1) van Dale
1 vermogen: bij ~e zijn - in staat
2 sterkte, kracht
3 wettelijke bevoegdheid: hiertoe heb ik geen ~
4 invloed, betekenis: de ~ vd VS
5 persoon of zaak die macht heeft; leger, overheid, mogendheid, staat: de wetgevende ~; landmacht, luchtmacht; grootmacht, supermacht
2) handwoordenboek Nederlandse synoniemen
Macht is het vermogen om iets te volbrengen of te doen geschieden en zich te doen gehoorzamen.
3) WikiWoordenboek
Macht is het vermogen zijn wil op te leggen.
4) Max Weber
Macht is het vermogen van mensen om anderen tot bepaalde vormen van gedrag te brengen overeenkomstig de eigen doeleinden. Ook als die anderen het er niet mee eens zijn of niet willen.
Begrippen die lijken op het begrip macht
In de definities hierboven komen enkele woorden voor die op zichzelf ook al wat uitleg kunnen gebruiken.
- Gezag: Dat verdien je door je gedrag/uitstraling, macht neem je zonder dat mensen het willen.
- Vermogen: Wordt gebruikt als ‘invloed hebben op’, minder krachtig als het begrip macht
- Heerschappij: Wordt gebruikt als macht over een groep mensen, niet zozeer in andere situaties
- Zeggenschap: is dat je het recht krijgt om mede te beslissen, terwijl macht erover gaat dat je in je eentje beslist.
Tegenovergestelde begrippen
Begrippen die (ongeveer) het tegenovergestelde betekenen dan macht zijn bijvoorbeeld:
- onmacht
- machteloosheid
- incompetentie
- zwakte
- onvermogen
Een duidelijk antoniem van macht is er niet, aan al deze woorden is te zien dat ze gewoon een ontkenning zijn van de betekenis van macht. Onmacht, incompetentie, onvermogen. Alleen zwakte is geen ontkenning van een woord maar dit betekent ook niet altijd het tegenovergestelde van macht. Zwakte zou eerder bij een begrip als ‘kracht’ of ‘sterkte’ horen, wat niet hetzelfde is als macht.
Vooronderstellingen
Als iemand het begrip macht gebruikt zijn er weinig vooronderstellingen. Zeker de filosofen die het gebruiken leggen uitgebreid uit wat ze met het begrip bedoelen en komen hier allemaal met een andere defenitie van het begrip macht. Ze gaan er vanuit dat men wel ongeveer weet wat er met macht wordt bedoeld, maar omdat het in zoveel verschillende gebieden wordt gebruikt heeft het toch uitleg nodig. Wel is het duidelijk dat je altijd macht hebt over iets of iemand (dit kan ook jezelf zijn), dus er moeten minstens twee verschillende ‘dingen’ zijn voordat het begrip macht wordt gebruikt. Maar deze twee ‘dingen’ kunnen wel in één individu zitten, dan gaat het dus bijvoorbeeld of je ziel de macht heeft over je lichaam, of dat je ene gedachtengang macht heeft over je andere gedachtengang, etc. Een vooronderstelling is dus wel dat het mogelijk is om macht over iets of iemand te hebben en dat iets of iemand macht over jou kan hebben.
In de filosofie
Twee filosofen waarbij het begrip macht een belangrijke rol speelde zijn Friedrich Nietzsche en Thomas Hobbes.
Friedrich Wilhelm Nietzsche (1844-1900) ziet de ‘wil tot macht’ als de belangrijkste drijfveer van de mens. Wat Nietzsche dacht, is dat er niet één onsterfelijke ziel is in de mens, maar meerdere sterfelijke zielen. Deze kunnen ook gezien worden als willen tot macht. Deze zielen of willen tot macht zijn een soort verschillende identiteiten die bestaan uit voelen, denken, emoties en hartstocht, welke bepalend zijn in je gedrag en dus de macht over jezelf hebben. Dit is in tegenstelling tot het christendom waarin God de macht heeft over de mens. De beoefening van kunst laat ons zien dat mensen de wil tot macht hebben. Want in kunst komt het scheppende aspect, dus het steeds maar meer en beter willen worden tot recht, maar ook het vernietigende, het oude veranderen en verbeteren.
Nietzsche zegt dat de sterkste "wil tot macht" in de mens het duidelijkste zichtbaar is en dat wij vaak denken dat de sterkte wil tot macht het menselijk handelen bepaald. Eigenlijk is het echter het samenspel en de strijd van die meerdere zielen, dat de uiteindelijke uitkomst bepaalt.
Volgens Nietzsche is de wil tot macht de essentie van het leven. De macht is het boven jezelf uit willen groeien, steeds meer willen, en uiteindelijk over jezelf kunnen heersen. Het streven naar meer macht, is eigenlijk het streven naar vrijheid. Want over jezelf kunnen heersen betekend ook vrijheid.
Een andere filosoof waarbij het begrip macht een grote rol speelt is Thomas Hobbes (1588-1679). In zijn boek ‘Leviathan’ schreef hij vooral over de macht van de staat, ook wel politieke macht. Hobbes wil graag een absoluut staatsgezag, wat inhoud dat alle macht, over alle mensen, bij één persoon ligt. Dit komt voort uit alle revoluties en burgeroorlogen die speelden in de tijd waarin hij leefde. Hij zag de mens als een egoïstisch wezen, wat alleen maar zijn eigenbelang nastreefde en macht over anderen probeerde te krijgen. Omdat iedereen probeert macht over elkaar te krijgen ontstaan er ruzies en na verloop van tijd zelfs oorlogen.
Volgens Hobbes is er dus een heerser of een parlement wat absolute macht heeft. Met absolute macht bedoelt hij dat deze heerser zich niet aan de wetten hoeft te houden. Hobbes wil dat mensen vrijwillig de macht over zichzelf weggeven aan deze heerser, hierdoor krijgt de heerser gezag en hoeft hij geen geweld te gebruiken om zijn zaken voor elkaar te krijgen. Volgens Hobbes is dit de enige oplossing als we uit de natuurtoestand willen komen waarin iedereen alleen maar aan zichzelf denkt en er geen bezwaar tegen heeft een ander daarvoor te onderdrukken of te vermoorden.
Gebieden waarin macht voorkomt
Het begrip macht functioneert eigenlijk in alle sociale gebieden. Dit komt omdat je altijd macht hebt over iets of iemand, en in alle gevallen, zelfs in één individu valt er wel iets te bedenken wat macht zou kunnen hebben over iets anders. Voorbeelde van gevallen waarin het begrip vaak voorkomt zijn: relaties, gezinssituaties, schoolsituaties en politiek.
Macht in het dagelijkse leven
In het dagelijkse leven heeft iedereen bewust en onbewust veel te maken met macht. Een duidelijk voorbeeld is het schoolverband. Een leraar kan een leerling verbieden om bijvoorbeeld te eten in de klas en heeft daarmee macht over het handelen van de leerling. Toch kan de leraar niet de macht afnemen van de leerling om de keuze te maken of hij wel of niet naar hem luister: de leerling kan ervoor kiezen om toch te eten.
Dit is een alledaagse situatie die geen problemen oplevert. In de pauzes mag wel worden gegeten dus het levert geen problemen op om dit tijdens de les niet te doen. Toch toont dit voorbeeld wel aan dat een leraar meer macht heeft op de individuele leerling dan de leerling op de leraar. Een hele klas, bestaand uit alle leerlingen, kan echter ook weer veel macht uitoefenen op de leraar. Macht werkt dus meestal twee kanten op.