De ABC sleutel; een manier om effectief te leren
Een van de bekendere methodes om aangeboden lesstof beter te kunnen verwerken en beter te kunnen leren, is de ABC-sleutel. Deze methode bestaat uit drie fases, waarbij het eindresultaat is dat de lesstof zo goed mogelijk geleerd is. Niet alleen voor leerlingen bied deze ABC-sleutel voordelen op het gebied van leren, ook docenten kunnen deze sleutel gebruiken om effectief les te geven; studenten kunnen immers met behulp van de ABC-sleutel bijgestuurd worden naar een effectievere manier van leren.
ABC sleutel
De ABC sleutel is een manier om te leren leren. ABC is dan ook een afkorting van de verschillende stappen die doorlopen moeten worden om effectief te leren. De A staat daarbij voor Aanpak en het Activeren van de voorkennis die er al is van de stof. De B staat voor het Bewerken van deze stof en de C staat voor Controle op het gedane werk. Deze controle moet je zelf uitvoeren. Het belangrijkste aspect aan de ABC sleutel is eigenlijk dat leren niet iets is wat je passief kunt uitvoeren; het meeste onthoudt je door ook zelf bezig te zijn met de stof. De ABC sleutel zal hieronder iets dieper uitgelegd worden.
A-fase
De A van
Aanpak en
Activeren bevat onder andere het begrijpen van de leerstof; hiervoor dient deze goed doorgelezen te worden en zullen eventuele onduidelijkheden opgezocht of gevraagd moeten worden. Daarna is het belangrijk om voorkennis te activeren; er moet nagegaan worden wat er al geleerd is over het onderwerp of wat er al bekend is (dit staat meestal in de inleiding). De kern zoeken is daarna belangrijk; de hoofdzaken moeten van de bijzaken gescheiden worden. In deze voorbereidingen op het daadwerkelijk omgaan met de stof wordt het zelfvertrouwen verkregen om ook verder te gaan met de stof.
Voor een leraar betekent dit dat in de A-fase bekeken moet worden wat de leerling nodig heeft om de opdracht te maken; de oude kennis moet dus geactiveerd worden en de eventuele noodzakelijke kennis beschikbaar gemaakt worden
B-fase
De B, van het
Bewerken en
Bewaken van de stof, bevat de daadwerkelijke opdracht voor de leerling. Hier wordt de kennis uit de A-fase toegepast en worden eventuele overeenkomsten/verschillen, relaties, regels/principes en dergelijke gezocht en gevonden. De stof wordt hierin echt geanalyseerd door het leggen van relaties.
Voor een leraar is het belangrijk om in de B-fase het leerproces in te gaten te houden; er moet gezorgd worden dat de leerling op het juiste pad blijft. De docent moet dit als het ware Bewaken.
C-fase
Als laatste komt het
Controleren, de C. Hierin zal de leerling het resultaat en het proces ernaar toe evalueren voor zichzelf. Hieruit worden conclusies getrokken welke de volgende keer bij het maken/leren van stof mee worden genomen.
Voor een docent is het belangrijk om in deze fase met de leerling te evalueren hoe het maken van de opdracht gegaan is. Dit zowel rondom het proces als het uiteindelijke product. Door hierin duidelijk te maken wat nu daadwerkelijk het voordeel is geweest voor de leerling (wat er geleerd is), wordt het duidelijk voor de leerling zelf wat het nut was.