Examentips Frans, scheikunde en wiskunde B voor havo en vwo

Het is bijna zover. Je examens komen eraan. Hoe ga je dit nu aanpakken? Hier zijn alvast een paar tips.

Frans

Voorbereiding

• Lees regelmatig Franse teksten in bijvoorbeeld kranten of boeken.
• Er zijn woorden die vaak voorkomen in examenteksten. Als je twijfelt of je deze goed kent, dan kan je ze het beste uit je hoofd leren. Dit kan je ook met veelgestelde vragen doen.
• Oefen met een woordenboek. Zo kan je woorden sneller opzoeken en leer je misschien zelfs nog een paar woorden erbij terwijl je dat doet.
• Oefen oude examens. Deze kun je vinden op internet, in een examenbundel of je kunt ze aan je docent vragen. Maak deze examens binnen 2,5 uur. Zo weet je ook meteen hoe het is om een echt examen te maken. Kijk het examen daarna na en zoek je cijfer op.

Tijdens het examen

• Bekijk altijd eerst globaal de tekst om er achter te komen waar het over gaat en wat voor soort tekst het is.
• Wees niet bang als je woorden tegenkomt die je niet kent. Lang niet alle woorden heb je nodig bij het beantwoorden van de vraag en belangrijke dingen worden meestal vaker genoemd.
• Zoek alleen woorden op als je de betekenis echt niet weet en als je het nodig hebt voor de vraag.
• Bij het beantwoorden van de vraag, lees je eerst de vraag, daarna de alinea waar het in staat en die daarop volgt. Streep bij meerkeuzevragen de mogelijkheden die het zeker niet zijn weg. Bij open vragen moet het antwoord in dezelfde taal staan als de vraag.
• Blijf niet te lang bij één vraag, maar sla deze dan even over en ga er later nog even naar terug.

Scheikunde

Voorbereiding

• Lees de leerstof door. Zorg dat je alles minstens één keer hebt gezien.
• Maak minimaal 5 oude examen om te oefenen aan de vraagstelling en de tijd. Aan het oefenen kan je het best 3/4 deel van de tijd besteden.
• Maak één van de oefenexamens onder examenomstandigheden. Neem er dus 3 uur voor, neem geen pauze en zorg voor zo weinig mogelijk afleiding.
• Leer sommige reactievergelijkingen uit je hoofd, zodat je ze meteen kunt opschrijven, zoals verbrandingen van een koolwaterstof, oplossen van sterke zuren en basen in water en elektrolyse van water.
• Met alleen een Samengevat kom je er dus niet. Als je met dit boekje leert, is dit maar 1/4 deel van het gehele leren voor je examen.

Tijdens het examen

• Lees eerst alle vragen vluchtig door. Bekijk dan direct welke gemakkelijk en welke je moeilijk lijken. De makkelijke opgaven doe je het eerst. Zo kom je beter met je tijd uit. Daarna maak je de moeilijke opgaven. Blijf hierbij niet te lang bij één vraag hangen, maar kom er dan later weer terug.
• Lees de vraag goed. Als je dit niet doet, kan je de vraag ook niet goed beantwoorden.
• Bij bijna elke vraag moet je een reactievergelijking opstellen. Dit wordt gevraagd of je hebt het nodig om de vraag te beantwoorden. Bedenk dus alvast welke reactie er plaatsvindt.
• Markeer belangrijke dingen in de vragen (je mag op het opgavenblad schrijven).
• Schrijf moeilijke berekeningen eerst op kladpapier en schrijf ze daarna over op het antwoordenblad. Zo kun je ook nog eventuele fouten ontdekken.
• Controleer altijd je antwoorden op significantie, eenheid, evenwicht of aflopende reactie, faseaanduidingen.
• Als je klaar bent, moet je altijd even kijken of je wel alle vragen hebt beantwoord.

Wiskunde B

Voorbereiding

• Ga niet elke som oefenen die je tegenkomt, maar beperk je tot de onderwerpen waar je nog moeite mee hebt.
• Schrijf belangrijke formules en regels in een samenvatting. Door het op te schrijven onthoud je het beter.
• Zoek uit wat je precies moet weten voor het examen. Dit kun je uitgebreid vinden op examenblad.nl.
• Zorg voor een goede planning.
• Ga niet uren achter elkaar tot diep in de nacht zitten blokken. Neem ook rust en in ieder geval elk uur een kwartiertje om iets anders te doen, zoals een stukje lopen of een potje voetballen. Ga in deze pauze niet televisie kijken of gamen. Hierbij krijgen je hersenen geen rust en die hebben ze hard nodig.

Tijdens het examen

• Zorg dat je uitgerust bent en hebt gegeten (niet te veel!).
• Sla lastige opgaven even over. Vergeet deze alleen niet te maken.
• Vergeet geen dingen mee te nemen: rekenmachine, reservebatterijen, pen, potlood, geodriehoek, gum.
• Lees de vraag goed.
• Controleer je antwoord. Alleen als er algebraïsch of exact staat, moet je het uit je hoofd kunnen oplossen of berekenen. Als er dus alleen 'bereken' staat, mag je altijd je rekenmachine gebruiken.
• Als je klaar bent, kun je de vragen nakijken of je niets bent vergeten en geen kleine foutjes hebt gemaakt.
• Als je je even niet meer zo goed kan concentreren, kun je het beste even een korte pauze nemen. Kijk een beetje om je heen, rek je uit, ga een beetje verzitten en drink iets. Daarna zal het waarschijnlijk beter gaan.
• Schrijf nooit alleen het antwoord op, maar altijd hoe je eraan bent gekomen. Ook als je iets in je rekenmachine doet, bijvoorbeeld een snijpunt van twee grafieken berekenen, moet je dit altijd uitgebreid omschrijven.

Na het examen

Als het examen is afgelopen worden de antwoorden op internet gezet. Je kunt dus gelijk kijken hoe je het hebt gedaan. Kijk hierbij niet te streng en niet te soepel na.

Als je klachten hebt over het examen kan je dat melden op www.examenklacht.nl, want klagen helpt!

Veel succes met je examens!