Kritiek geven en ontvangen
Kritiek, iedereen krijgt er wel mee te maken. Kritiek hoeft niet altijd negatief te zijn, maar je kunt het ook als advies zien. De meeste mensen vatten kritiek negatief op. Toch is kritiek soms nodig.
Het belang van kritiek
Als je kritiek krijgt, vindt iemand dat jij iets niet goed doet.
- Jouw docent vindt dat je er niet steeds door heen moet praten als iemand aan het woord is.
- Je chef vindt dat je harder moet werken
Vind jij dat iemand iets niet goed doet, dan geef jij kritiek. Dit is meestal niet gemakkelijk.
De meesten vinden het leuk om kritiek te krijgen, sommigen vatten het weer anders op. Daarom is het ook zo lastig om kritiek te geven. Je wilt de ander duidelijk maken wat je bedoelt, maar je wilt hem of haar ook niet voor het hoofd stoten. Iemand die zich aangevallen voelt, zal zich verdedigen en luistert niet meer. Je bereikt dan niets met je kritiek, want de ander zal zijn of haar gedrag niet veranderen.
Het is dus best moeilijk om kritiek te geven. Maar als je goed met anderen wilt samenwerken, dan kun je hier niet voor weg lopen. Wanneer jij je stoort aan het gedrag van je collega en je zegt er niets van, dan zullen er zeker wrijvingen ontstaan. Je collega zal niet veranderen en jij blijft je ergeren. De spanning loopt op en de sfeer op de werkvloer zal er dan niet beter op worden. Als je je collega vertelt wat je niet goed vindt aan zijn gedrag, kan hij dit proberen te veranderen. Pas dan kan het probleem opgelost worden.
Het is dus erg belangrijk om kritiek te durven geven én durven te ontvangen. Je voorkomt er ruzies en irritaties mee. Je moet die kritiek natuurlijk wel op een goede manier geven of ontvangen. Hoe je dit doet, behandelen we straks.
Opbouwende en afbrekende kritiek
Als je kritiek geeft, vind je dus dat iemand iets anders moet doen of vinden. Je kunt je kritiek op twee manieren uiten: op een opbouwende of een afbrekende manier.
Opbouwende kritiek
Bij opbouwende kritiek vertel je de ander op een normale manier wat jij graag anders wilt en waarom.
Een chef (Petra) hoort dat haar assistent (Wesley) nieuwe klanten aan de telefoon met 'jij' aanspreekt. Dat vindt Petra niet goed. Petra vindt dat Wesley de nieuwe klant met 'u' moet aanspreken, omdat dat beleefder is.
Petra zegt tegen Wesley: ''Ik hoor dat je 'jij' zegt tegen die klant. Ik vind dat je voortaan 'u' moet zeggen, want dat vinden klanten beleefder.
Dit is opbouwende kritiek omdat Petra zegt wat ze graag anders wil en waarom.
Afbrekende kritiek
Bij afbrekende kritiek zeg je alleen wat iemand verkeerd doet, maar je legt niet uit wat iemand wel moet doen om het goed te doen. En, bij afbrekende kritiek wordt de ander negatief benaderd: kortaf en onvriendelijk.
Een chef (Petra) hoort dat haar assistent (Wesley) nieuwe klanten aan de telefoon met 'jij' aanspreekt. Dat vindt Petra niet goed. Petra vindt dat Wesley de nieuwe klant met 'u' moet aanspreken, omdat dat beleefder is.
Petra zegt tegen Wesley: ''Je bent weer lekker bezig, wie zegt er nou 'jij' tegen een nieuwe klant.''
Dit is afbrekende kritiek omdat Petra niet zegt wat Wesley wél moet doen. En, omdat Petra negatief doet door te zeggen: ''Je bent weer lekker bezig''.
Het is belangrijk dat je leert om niet alleen te zeggen wat mensen niet goed doen. Je moet ze zeggen wat ze wél moeten doen om het goed te doen.
Kritiek geven
Er bestaat een aantal regels waar je je aan moet houden als je kritiek geeft. We verduidelijken deze regels met een voorbeeld:
Latifa werkt in een discotheek achter de bar. Haar chef, Johnny, vindt dat Latifa goed werk levert. Ze is heel aardig tegen klanten. Er zijn alleen twee problemen: Latifa is nogal slordig. Ze vergeet bijvoorbeeld wel eens af te rekenen. En, er is nog een probleem: Latifa komt vaak te laat. Johnny besluit dat hij kritiek gaat geven. Waar moet Johnny opletten?
Regel 1: Geef opbouwende kritiek
Hier eerder heb je gelezen dat opbouwende kritiek beter overkomt en beter is, omdat je hierbij zegt wat iemand verkeerd doet en waarom, zodat deze persoon zich daarin kan gaan verbeteren.
Praat in de 'ik vorm' en niet in de 'jij vorm'
Hiermee wordt bedoeld dat je moet beginnen met ''ik vindt dat ... '' en niet met ''Jij vergeet veel''.
Het voordeel van de 'ik vorm' is dat de ander zich niet zo aangevallen voelt en meer open staat voor jou opmerkingen. En, er is nog een voordeel, je benadrukt dat jij iets niet goed vindt.
Regel 3: Wees kort en bondig
Met andere woorden, maak er geen lang verhaal van. Zeg wat je niet goed vindt en waarom, in plaats van dat er een heel verhaal om heen komt slingeren, grotere verhalen maakt het geheel ook onduidelijker.
Regel 4: Niet alles tegelijk
Als je heel veel kritiek op iemand hebt kun je beter één duidelijk kritiekpunt geven en de rest voor een andere keer bewaren. Dat voorkomt dat de ander zich heel erg aangevallen voelt.
Regel 5: Maak een afspraak
Als je kritiek geeft wil je verandering. Probeer die verandering in een afspraak vast te leggen.
Kritiek ontvangen
Kritiek krijgen is niet altijd leuk. Net zo min als kritiek geven is dit. Kritiek krijgen is wél eenvoudiger dan kritiek geven. Toch zijn er ook voor het ontvangen van kritiek enkele belangrijke regels.
Regel 1: Neem de ander serieus
Als je samenwerkt kan de ander vinden dat jij iets op een andere manier moet doen. Niemand is volmaakt, dus neem de ander serieus.
Regel 2: Onderzoek eerst de kritiek
Ga niet meteen in de verdediging. Zoek eerst maar eens uit wat de ander vindt en waarom.
Regel 3: Geef je mening
Ook jij mag jouw mening geven. Het is zelfs belangrijk voor de ander om te weten of je het met hem eens bent. Leg dus rustig uit waar je het wel mee eens bent en waar je het niet mee eens bent.
Regel 4: Probeer tot een afspraak te komen
Je moet samen verder als collega's. Probeer dus samen tot een oplossing te komen.