Soorten onderwijs in Nederland
Nederland kent talloze scholen, van basisscholen tot universiteiten. Ieder kind dat leerplichtig is, wordt ingeschreven op een school. Echter, welke route een kind volgt langs de diverse scholen tot het gaat werken, kan verschillend zijn. Dit is compleet afhankelijk van het niveau. Hier vind je een overzicht van de soorten onderwijs in Nederland.
Soorten onderwijs
In Nederland zijn er heel veel soorten onderwijs. Het begint eigenlijk al met het basisonderwijs. Zo kennen we in ons land hier vier verschillende vormen van. Dit zijn het openbaar, bijzonder, algemeen bijzonder en speciaal onderwijs. Het openbaar onderwijs wordt vanuit de overheid onderhouden. Het wordt niet uitgegaan van een bepaalde godsdienst of levensbeschouwing. Dit is wel het geval bij bijzonder onderwijs. Bij het algemene bijzondere onderwijs wordt er niet lesgegeven vanuit een bepaalde godsdienst. Het is vaak gebaseerd op onderwijskundige ideeën. Voorbeelden hiervan zijn de Vrije School, Dalton en Montessori. Een andere vorm is het speciaal onderwijs. Dit is vaak gericht op kinderen met een lichamelijke of geestelijke beperking of moeilijk lerende kinderen.
Voortgezet onderwijs
Na de basisschool is het tijd voor het voortgezet onderwijs. Er zijn hiervan drie niveaus: vmbo, havo en vwo. Op de basisschool wordt er getest welk niveau bij een kind past. Het grootste gedeelte van de Nederlandse kinderen gaat naar het VMBO.
VMBO
Het VMBO staat voor Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs. Een VMBO-opleiding duurt vier jaar. Het VMBO onderscheidt vier leerwegen: de Beroepsgerichte leerweg (BB), de Kaderberoepsgerichte leerweg (KB), de Gemengde leerweg (GL) en de Theoretische leerweg (TL). Met leerweg BB, KB of GL kan uit tien verschillende profielen worden gekozen. TL-leerlingen kunnen uit vier profielen een studierichting kiezen.
HAVO
Deze opleiding staat Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Het is het op één na hoogste onderwijsniveau. Een HAVO-opleiding duurt vijf jaar. Na het behalen van een diploma kan iemand een HBO-opleiding volgen. Tijdens deze opleiding moet er een vakkenpakket worden gekozen. Een scholier heeft hierbij de keuze uit vier mogelijkheden. Dit zijn Cultuur & Maatschappij (C&M), Economie & Maatschappij (E&M), Natuur en Gezondheid (N&G) en Natuur & Techniek (N&T).
VWO
VWO, dat staat voor Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs, is het allerhoogste niveau. Een opleiding duurt zes jaar. Er zijn twee VWO-varianten. Dit zijn het atheneum en het gymnasium. Op het gymnasium worden Latijn en Grieks gegeven. Dit is niet zo op het atheneum. Na een VWO-studie kan een scholier naar de universiteit. Ook tijdens deze opleiding moet er een vakkenpakket worden gekozen. Dit is hetzelfde als dat van de HAVO.
Vervolgstudie
Na het volgen van een opleiding aan het voortgezet onderwijs kan er een vervolgstudie worden gedaan. In Nederland zijn er drie vormen van vervolgonderwijs. Dit zijn het MBO, HBO en Universiteit.
MBO-opleiding
Iemand die een VMBO-opleiding heeft gevolgd of enkele jaren HAVO of VWO heeft gedaan, kan worden toegelaten tot het MBO, ofwel het Middelbaar Beroeps Onderwijs. De meeste opleidingen op MBO-niveau zijn te volgen aan een van de Regionale Opleidingscentra, ook wel ROC’s genoemd. Een MBO-opleiding duurt drie jaar. Op het MBO kan iemand een gerichte opleiding volgen in bijvoorbeeld de zorg, bouw, techniek of detailhandel. Alle opleidingen worden in twee leerwegen gegeven. Dit zijn de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) en de beroepsopleidende leerweg (BOL). Bij een BBL werkt een leerling 24 uur en gaat daarnaast naar school, bij een BOL-opleiding heeft de leerling geen vast dienstverband en gaat dan naar school.
HBO-opleiding
Na een MBO, HAVO of VWO-studie te hebben gevolgd kan iemand een HBO-opleiding volgen. HBO staat voor Hoger Beroeps Onderwijs. Een HBO-studie duurt vier jaar. Na de afronding krijgt de afgestudeerde een bachelor-titel. Hiermee kan er weer een master-opleiding aan de universiteit worden gevolgd van een of twee jaar.
Universiteit
Een universitaire studie kan iemand volgen na het afronden van het VWO of na het halen van de HBO-propedeuse. Een universitaire studie duurt minimaal zes jaar. Daarna heeft de afgestudeerde een master-titel.