Sinterklaas-toneelstukje onderbouw

Rond de sinterklaastijd is het leuk om je lessen in het basisonderwijs daarop aan te sluiten. Vooral in de onderbouw zijn er veel leuke mogelijkheden. Komt Sinterklaas in de klas? Zorg voor een leuke verrassing voor de Sint en voer voor hem een toneelstukje op met de klas. Het toneelstukje is gericht op leerlingen uit groep 3. Veel plezier!

Drama in het onderwijs

Drama is sinds 1984 een officieel vak op de basisschool sinds de Wet op het Basisonderwijs. Het vak staat beschreven als 'spel en bevordering van het taalgebruik'. Drama is een vak uit de kunstzinnige oriëntatie en heeft de kenmerken van elk ander kunstvak, namelijk: verbeelden, vormgeven en beschouwen. Het verbeelden hangt samen met de fantasie en creativiteit. De vormgeving zegt iets over de wijze waarop het spel wordt gepresenteerd.

Toneelstukje groep 3

Komt Sinterklaas op bezoek in de klas? Bereid dan met de klas een toneelstukje voor. Het volgende toneelstukje is gericht op groep drie. Neem als leerkracht de rol van verteller op je. De kinderen beelden de rollen van de Pieten uit, en zijn zingen verschillende liedjes.

Werkvorm

De werkvorm die past bij dit toneelstukje is vertelpantomime. Deze werkvorm kan vanaf groep 1 gebruikt worden, en is vooral gebruikelijk in de onderbouw. De leerkracht vertelt een verhaal en de kinderen beelden dat gelijktijdig uit. De kinderen bewegen en spelen door elkaar heen. Je kan hier wel als leerkracht sturing aan geven en de leerlingen minder kriskras door elkaar laten bewegen. De kinderen blijven binnen het verhaal vaak een en dezelfde rol vervullen. Vertelpantomimes kunnen in verschillende vormen aangeboden worden: met rekwisieten en/of kostuums, met verschillende rolgroepen, met gebruik van muziek enzovoort. Bij een vertelpantomime wordt door de spelers niet gepraat. In het onderstaande toneelstukje heeft de hoofdrolspeler wel een zin die hij steeds zegt. In de onderbouw is de vertelpantomime vaak een keuze voor een eenvoudige voorstelling voor publiek.

Introductie

Wat doe jij als leerkracht?Wat doen de kinderen?
  • Vertel aan de kinderen dat je een Sinterklaas verhaal hebt meegenomen.
  • Lees het verhaal voor.
  • Na het verhaal vertel je de kinderen dat jullie er een toneelstukje van gaan maken.
  • Vraag of de kinderen weten wat een toneelstukje precies is en vraag naar de ervaringen.
  • De kinderen luisteren naar het verhaal.
  • De kinderen reageren op het idee dat er een toneelstukje wordt voorbereid.
  • De kinderen denken na over een toneelstuk.

De rollen verdelen

Wat doe jij als leerkracht? Wat doen de kinderen?
  • Lees het verhaal nog een keer voor.
  • Oefen met de kinderen om het verhaal uit te beelden.
  • Beeld met elkaar de handelingen van de bakpieten, gympieten, inpakpieten en knutselpieten uit.
  • Vertel de kinderen dat niet iedereen alles kan uitbeelden, dus dat de rollen worden verdeeld. Bespreek met de kinderen wat een rol is.
  • Vraag of iemand graag de Pakjespiet wil zijn. De Pakjespiet is eigenlijk de hoofdrol van het spel.
  • Verdeel de andere rollen.
  • De kinderen luisteren naar het verhaal en beelden de soorten pieten uit.
  • Als er meerdere kinderen zijn die de rol willen kan er geloot worden.

Repeteren

De kinderen moeten binnen een bepaalde tijd het toneelstukje voorbereiden en straks presenteren. Oefen dus met de kinderen meerdere malen het toneelstukje. Zorg dat je de kinderen tijdens het repeteren goed begeleidt. Geef de kinderen voorbeelden van het uitbeelden en bespreek goed op welke plek de kinderen moeten staan en wanneer ze op moeten lopen. Het repetitiemoment is voor de leerkracht vaak een zinvol moment. Er valt veel te zien van de kinderen. Oefen liever meerdere malen per dag, dan een lange tijd achter elkaar, dan is de kans groot dat de energie uit de repetitie verdwijnt.

Het verhaal: de zak van Pakjespiet

Het liedje 'de zak van Sinterklaas' start. De kinderen weten nu dat ze op moeten komen.

De zak van Sinterklaas
De zak van Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas.
De zak van Sinterklaas, o jongens, jongens, het is zo`n baas!
Daar stopt hij, daar stopt hij, daar stopt hij blij van zin.
De hele, de hele, de hele wereld in!
De zak van Sinterklaas, Sinterklaas, Sinterklaas.
De zak van Sinterklaas, o jongens, jongens het is zo`n baas!


De kinderen lopen door elkaar.

De verteller:"Het is een drukte in het pietenhuis. Alle pieten lopen door elkaar en ze zijn allemaal heel druk bezig. Dat is ook niet zo gek, want morgen is het pakjesavond. Dan moeten de pieten de pakjes voor alle kinderen in Nederland rondbrengen. De pieten controleren nog een keer de verlanglijstjes, ze zijn de laatste pakjes aan het inpakken, ze oefenen nog even hoe ze op de daken moeten lopen en er worden ovenheerlijke pepernootjes gebakken."

De kinderen zingen het volgende liedje:

Kijk daar staan de pieten (Zie ginds komt de stoomboot)
Kijk daar staan de pieten, zij hebben het druk.
Er is ook een pakjespiet, zijn zak is echt stuk.
Hij verliest zijn pakjes, het gebeurt keer op keer.
Hoe moet hij nu het dak op? Hij weet het niet meer!

Wie kan de zak maken, wie weet hoe dat moet?
Wie kan de piet helpen, wie doet dat heel goed?
Hij loopt door het pietenhuis, op zoek naar een piet.
Wie zal de piet gaan helpen en wie doet dat niet?


De Bakpieten en Inpakpieten gaan aan een kant staan. De Gympieten en Knutselpieten gaan aan de andere kant staan.
Pakjespiet loopt alleen rond.

De verteller:"Daar loopt Pakjespiet. Hij is een van de pieten die morgen met zijn zak vol cadeautjes de daken opgaat om de schoentjes van de kinderen te vullen.
Pakjespiet schrikt en kijkt verdrietig naar zijn zak. De zak van Pakjespiet is kapot, er zit een heel groot gat in! Die arme, arme piet. Het is de dag voor pakjesavond en zijn zak is kapot. Hoe moet dat nu? Hoe moet de piet nu alle cadeautjes meenemen? De piet loopt heen en weer en kijkt nog eens goed naar de kapotte zak."

De Bakpieten komen op. De Pakjespiet loopt naar ze toe.

De verteller: "Misschien kunnen andere pieten in het huis de pakjespiet wel helpen. Hij loopt naar de Bakpieten en vraagt: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!’ De Bakpieten geven geen antwoord en de Piet vraagt het nog eens: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!"

De Bakpieten hebben een pollepel in hun hand en doen alsof ze aan het koken zijn.

De verteller: "De Bakpieten hebben het veel te druk. Ze zijn bezig met het bakken van heerlijke pepernoten, speculaaskoeken en banketletters. Het ziet er heerlijk uit, dat komt morgen helemaal goed, de kinderen krijgen vast lekkere pepernoten op pakjesavond. Maar de zak van pakjespiet is nog steeds kapot."

De Bakpieten lopen weg.
De Gympieten komen op. De Pakjespiet loopt naar ze toe.

De verteller: "Pakjespiet loopt naar de Gympieten en vraagt: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!’ De Gympieten geven geen antwoord en de Piet vraagt het nog eens: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!’ "

De Gympieten doen alsof ze aan het gymmen zijn.

De verteller: "De gympieten hebben het veel te druk. Ze gooien met pakjes en lopen over een evenwichtsbalk. Ze oefenen om de pakjes in de schoorsteen te gooien en om goed over te daken te kunnen lopen. Wat zijn die pieten knap, dat komt morgen helemaal goed, de pieten zullen niet van het dak afvallen.
Maar de zak van pakjespiet is nog steeds kapot."

De Gympieten lopen weg.
De Inpakpieten komen op. De Pakjespiet loopt naar ze toe.

De verteller: "Pakjespiet loopt naar de Inpakpieten en vraagt: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!’De Inpakpieten geven geen antwoord en de Piet vraagt het nog eens: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!’ "

De Inpakpieten hebben schaar, inpakpapier en lint in hun handen en doen alsof ze aan het inpakken zijn.

De verteller: "De Inpakpieten hebben het veel te druk. De Inpakpieten zijn nog druk bezig met het inpakken van de cadeautjes. Om de cadeautjes komt een prachtig stuk inpakpapier met een mooi lint eromheen. Dat ziet er prachtig uit, dat komt morgen helemaal goed, de kinderen zullen verrast zijn als ze deze pakjes zien.
Maar de zak van pakjespiet is nog steeds kapot."

De Inpakpieten lopen weg.

De verteller: "Pakjespiet loopt verder door het grote pietenhuis. Hij kijkt nog eens verdrietig naar zijn zak. Zo kan hij morgen niet de daken op, dan verliest hij al zijn pakjes. Hij heeft de bakpieten, de gympieten en de inpakpieten om hulp gevraagd, maar zij hadden het veel te druk.
Dan heeft hij nog een idee! De knutselpieten, die zijn heel handig en heel goed in knutselen. Misschien kunnen zij hem helpen met het maken van zijn zak."

De Knutselpieten komen op. De Pakjespiet loopt naar ze toe.

De verteller: "Pakjespiet loopt naar de Knutselpieten en vraagt: ‘kunnen jullie mijn zak maken? Er zit een gat in!’ De Knutselpieten kijken op. ‘Een gat in je zak, dat is vreselijk roept een van de Knutselpieten!’ Wij willen jou graag helpen. De Pakjespiet geeft de zak aan de Knutselpieten. Zij bekijken de zak een goed en dan gaan ze met zijn alle aan de slag.

‘Klaaar!’ roepen de Knutselpieten in koor. Hier is je zak weer, helemaal gemaakt.

De Pakjespiet kijkt naar zijn zak. Oh wat is hij blij. Het is de dag voor pakjesavond en zijn zak is weer gemaakt. Hij bedankt de Knutselpieten en hij is blij dat hij morgen zonder zorgen de daken op kan.

Het zal morgen een mooie pakjesavond worden."

Het verhaal wordt afgesloten met het volgende liedje:

Zwarte Piet loopt op het dak (op papegaaitje leef je nog)
Zwarte Piet loopt op het dak, pompi dompi,
en hij draagt een grote zak, pompi dompi.
Cadeautje hier,
cadeautje daar,
een cadeautje overal,
in de schoorsteen, Poef!!!!

Zwarte Piet loopt op het dak, pompi dompi,
draagt nog steeds die grote zak, pompi dompi.
Cadeautje hier,
cadeautje daar,
een cadeautje overal,
in de schoorsteen Poef!!!!


Spelmaterialen

Het zelf maken van spelmaterialen is aan te raden. Het geeft extra voldoening wanneer een kind mag spelen met, in dit geval, een zelfgemaakte pietenmuts op. Onthoud wel dat spelmaterialen ter ondersteuning van het toneelstukje zijn. Zorg dat het aantal, de kleur en grootte minimaal blijft. Anders leidt het alleen maar af, dan dat het ondersteuning biedt.

Wat zijn de voordelen van spelmaterialen?
  • De kinderen kunnen zich beter inleven.
  • De toeschouwers kunnen zich beter inleven.
  • Het publiek kan de rollen van de spelers beter uit elkaar houden.
  • Doordat een kind spelmateriaal gebruikt, wordt het kind niet persoonlijk afgerekend op wat hij speelt.

Wat zijn de nadelen van spelmaterialen?
  • Spelmaterialen nemen vaak veel tijd in beslag. Het omkleden of klaarleggen van rekwisieten kost tijd.
  • Kinderen hopen de volgende keer dat er ook weer gewerkt wordt met spelmaterialen.

Pietenmuts maken
Elk kind krijgt een strook van stevig karton. Deze mag versierd worden. Op de strook plak je met lijm het crêpe papier vast. Dit doe je aan de binnenkant (de andere zijde dan de versierde zijde). Maak de strook op maat, en doe daar een nietje in. Het crêpe papier valt nu al een beetje rond. Vouw aan de achterkant het crêpe papier naar binnen en maak het vast. Maak van papier een veer. Dit is een strook gekleurd papier. Knip deze aan de bovenkant in een punt, en knip hem aan beide kanten schuin in naar beneden. De veer wordt vastgemaakt op de muts.
© 2014 - 2024 Stonecorner, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Sinterklaas huren – Sinterklaas bezoek tipsSinterklaas huren – Sinterklaas bezoek tipsSinterklaas huren zal het Sinterklaasfeest extra leuk en spannend maken voor de kinderen. Ongeveer de helft van de Neder…
SinterklaasfeestWat zijn de typische kenmerken van het sinterklaas feest en hoe is het ontstaan? waarom word er nu pakjesavond gevierd?
Sinterklaas is jarigSinterklaas is jarig5 december is het pakjesavond. Sinterklaas is weer in het land en dit wordt volop gevierd. Wat is de herkomst van Sinter…
De geschiedenis van SinterklaasDe geschiedenis van SinterklaasRond half november komt sinterklaas weer in Nederland. Maar wie is die sinterklaas en waarom vieren we sinterklaas?

Aanhef en afsluiting van een Duitse briefAanhef en afsluiting van een Duitse briefEr bestaan vaste regels op het gebied van het schrijven van een aanhef en afsluiting bij zowel zowel een Duitse informel…
Auti-speelplaatsAuti-speelplaatsEen auti-speelplaats is een speelplaats die ingericht is in functie van kinderen met Autisme. De speeltijden zijn hier g…
Bronnen en referenties
  • Boek: Kijk op spel - Holger de Nooij
Stonecorner (6 artikelen)
Gepubliceerd: 20-11-2014
Rubriek: Educatie en School
Subrubriek: Diversen
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.