De Nederlandsche Bank en het onderwijs

De hoofdtaken van De Nederlandsche Bank zijn streven naar financiële stabiliteit, zorgen voor veilig en betrouwbaar betalingsverkeer, toezicht op financiële instellingen, economische advies geven aan de regering, verrichten van wetenschappelijk onderzoek en bijhouden van statistieken. Bij dit alles is kennisoverdracht een belangrijk gegeven. De Nederlandsche Bank richt zich wat die kennisoverdracht betreft onder meer op scholieren die immers de (financiële) toekomst van ons land bepalen.

De Nederlandsche Bank en het onderwijs

Als een kind al op jonge leeftijd met geld leert omgaan is de kans groot dat het later ook de financiële zaken op orde heeft. De Nederlandsche Bank heeft daarom materiaal ontwikkeld voor het basisonderwijs. Het lesprogramma “Aan de slag met de euro” is bedoeld voor groep vijf en zes. Kinderen leren in werkgroepjes met praktijkgerichte opdrachten de euro herkennen en betalen en rekenen met de euro. Ook wordt kennis opgedaan over welke de eurolanden zijn en het verschil in echt en vals geld. Ze leren veel over geld zoals bijvoorbeeld ook over het besteden van zakgeld.

Jongeren van twaalf tot en met zestien en omgaan met geld

Ander materiaal is bestemd voor jongeren van twaalf tot en met zestien jaar. Steeds meer jongeren hebben zelfs op jonge leeftijd al schulden. Hen moet worden geleerd hoe beter met geld om te gaan en vooral te denken aan de gevolgen van beslissingen op financieel gebied. Onder de titel “Geld en je leven” bestaat voor deze doelgroep een lesprogramma waarbij in spelvorm wordt geleerd om bewust om te gaan met geldzaken en tevoren over de gevolgen na te denken. Ook ontstaat inzicht in de balans tussen inkomsten en uitgaven.

VMBO

Naast het programma voor twaalf tot en met zestien jarigen zijn er voor de onderbouw en voor de bovenbouw van het VMBO twee verschillende versies lesmateriaal onder de titel “Geld moet rollen”. In beide versies moeten de leerlingen een aantal vragen beantwoorden en opdrachten uitvoeren op een invulblad. Het zijn internetprogramma’s die zelfstandig gemaakt kunnen worden door de leerlingen. Zij leren hierbij dat prijsstabiliteit heel belangrijk is. De consument moet er immers op kunnen vertrouwen dat de waarde van het geld min of meer gelijk blijft. Handhaving van prijsstabiliteit is daarom in het eurogebied het hoofddoel.

HAVO/VWO

Voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs is het van belang dat ze economische begrippen, verschijnselen en verbanden herkennen. Tevens moeten zij die kunnen analyseren en beschrijven. Het lesmateriaal voor deze groepering is daarop gebaseerd. In de eerste fase van HAVO/VWO geeft het lesmateriaal uitleg over wat er bijvoorbeeld gebeurt als de olieprijs stijgt. Of wat het gevolg is van dalende koersen van de aandelen en dalende huizenprijzen. Voor de tweede fase van HAVO/VWO is er een lesbrief over de oorzaken en achtergronden van een creditcrisis en de gevolgen voor de economie. Wat kunnen overheden en banken doen om de financiële sector te helpen en om de consumenten en de spaarders te beschermen? Ook de onderwerpen: voeren van een juist monetair beleid en het in de hand houden van de inflatie, is bestemd voor de tweede fase van HAVO/VWO. Aan de orde komen ook de verschillende manieren van betalen en de veiligheid en de kosten daarvan.

HBO/WO

De Nederlandsche Bank heeft voor HBO en WO studenten een online programma ontwikkeld getiteld “Scoren met beleid”. Dit programma gaat in op de manier waarop bepaalde gebeurtenissen de macro-economie beïnvloeden. De student kruipt daarbij in de huid van een bankadviseur en analyseert de macro-economische gevolgen van bepaalde gebeurtenissen. Uiteindelijk stelt de student een advies op voor de president van De Nederlandsche Bank.