Auti-speelplaats
Een auti-speelplaats is een speelplaats die ingericht is in functie van kinderen met Autisme. De speeltijden zijn hier gestructureerd, de vrije tijd van de kinderen wordt zinvol besteed (zonder teveel vrije keuze), de kinderen kunnen de sociale- en motorische vaardigheden verder ontwikkelen, de kinderen kunnen hier ook zelfstandig leren spelen, … Al deze punten zorgen ervoor dat een leerling met Autisme zich ondanks zijn beperking kan ontspannen tijdens de speeltijden.
De ideeën omtrent een auti-speelplaats
Structureren in de ruimte
De speelplaats is vaak niet voldoende gestructureerd in de ruimte, de ruimtes voor activiteiten zijn vaak niet duidelijk afgebakend. De opeenvolging van activiteiten is regelmatig niet evident om te begrijpen voor een kind met autisme. Kinderen met autisme beleven tijdens een speeltijd meer inspanning dan ontspanning, vrije tijd loopt moeilijk voor hen omdat ze zich een beeld moeten vormen van de mogelijkheden die er zijn, ze moeten keuzes maken en ze moeten zich organiseren. Vaak hebben kinderen met autisme problemen met verschillende van deze elementen.
Verschillende hoeken
Men zou de speelplaats kunnen verdelen in verschillende hoeken, deze kan men eventueel zichtbaar maken door kleuren te gebruiken per hoek. De kleuren van de hoek zijn dan terug te vinden op de pictogrammen. Eventuele mogelijke ruimtes zijn: ‘a place for doing’ (een plaats waar kinderen actief kunnen zijn, vooral voor de het fysieke en het lichamelijke aspect), ‘a place for thinking’ (een plaats om tot rust te komen en om zichzelf te ontdekken), ‘a place for feeling’(een plaats waar kinderen allerlei dingen kunnen ontdekken) en ‘a place for being’(een plaats om de eigen identiteit van het kind te kunnen ontdekken). Het verdelen in hoeken zorgt ervoor dat er meer structuur is, maar ook meer veiligheid. Sommige activiteiten zouden eventueel binnen gehouden kunnen worden in bepaalde 'hoeken', door bijvoorbeeld de leeshoek of de tekenhoek in de gang te plaatsen wordt er ook al rekening gehouden met de koude. Het is niet verantwoord om kinderen in de koudere maanden buiten te laten stilzitten.
De verdeling van de hoeken zijn eventueel terug te vinden op een keuzebord, zo een bord kan je eventueel in de gang, klas en op de speelplaats plaatsen, zodat de kinderen altijd kunnen controleren welke activiteit waar is, en eventueel wanneer dat die is. Het is wel zeer belangrijk om een regel op te stellen over de grootte van de opkomst in een bepaalde hoek, zo moeten er zeker de gedragsregels van elke hoek terug te vinden zijn, maar ook het maximum aantal personen dat zo'n hoek mag bevatten. De hoeken kan je eventueel afbakenen met (plastieken) hekjes, deze hekjes zijn makkelijk verschuifbaar indien nodig, ze vragen geen onderhoud en zijn weerbestendig. Door een bord op het hekje te plaatsen kan je duidelijk maken welke activiteit in die bepaalde ruimte doorgaat. Voordat de kinderen naar buiten gaan voor de speeltijd krijgen ze bijvoorbeeld een kaartje om, de kleur van het kaartje bepaald in welke hoek ze moeten spelen.
Visuele aanduiding
Voor kinderen met autisme is het zinvol om te verduidelijken waar je wat kan spelen. Hiervoor kan men een visuele aanduiding op de grond gebruiken. Via deze aanduidingen kan duidelijk gemaakt worden waar bepaalde voorwerpen op de grond moeten staan. Bijvoorbeeld bij het spel ‘Bowling’, hier kan je best aanduiden waar het kindje moet gaan staan en waar de kegels horen te staan. Via concrete aantekeningen op de grond kan je het de kinderen duidelijk maken.
Stategels
Door stategels aan te brengen op de speelplaats ga je een plaats aanduiden waar de kinderen moeten staan als de speeltijd gedaan is. Deze tegels geven ook structuur waardoor het kind het aspect in de rij staan beter kan begrijpen. Dit aspect is moeilijk in te voegen omdat het huidige schoolsysteem de gewoonte heeft om de kinderen vrij naar de klas te laten komen als het muziek afspeelt (= einde speeltijd). Maar deze massale verhuizing van kinderen zorgt voor veel chaos, iets waar kinderen met autisme nu net geen nood aan hebben. Hierdoor komen ze ook gestresseerd/druk/… de klas binnen, en dit zorgt op zijn beurt weer voor een minder presteren op school?
Loopstenen
De school kan ook gebruik maken van verschillende tegels of verschil in tegels. Zo kan je eventueel opteren voor rode tegels (hier mogen kinderen niet op komen), witte tegels (binnen deze witte lijnen mag er niet gespeeld worden), … Hierdoor creëer je een structuur in je ruimte. Bijvoorbeeld het plaatsen van rode tegels onder een basketring. Kinderen lopen normaal gezien niet onder de ring, waardoor je het risico op kwetsuren gaat verkleinen. Sommige kinderen houden ervan om doelloos rond te lopen op de speelplaats, dit geeft voor hun een zekere veiligheid. Daardoor moeten we dit zeker niet gaan verbieden voor hun, maar we kunnen deze kinderen hierin wel ‘helpen’. Via het gebruik van loopstenen (eventueel gekleurde stenen) kunnen de kinderen een bepaald traject bewandelen door deze stenen te blijven volgen.
Structuur in tijd
Zonder een structuur in tijd kunnen kinderen met autisme zeer zenuwachtig worden, hierdoor is het verhelderen van tijdstippen nuttig. De leerling met autisme kan dan steeds controleren hoe lang een activiteit nog duurt, dit voorkomt heel wat stress bij hem.
Aan de hand van een
grote zichtbare klok kan de tijd zichtbaar gemaakt worden. Hierdoor kunnen ze zelf zien hoe lang ze nog kunnen spelen. Deze aanduiding zorgt voor meer structuur en veiligheid voor het kind. Ook leren de kinderen gebruik te maken van hun beschikbare tijd. Op een
dagschema staan de speeltijden genoteerd, op voorhand wordt met het kind dan afgesproken waar en wat er gespeeld wordt.
De middagspeeltijd duurt veel te lang om steeds dezelfde activiteit te doen, daarom wordt er best gekozen voor een
doorschuifsysteem. Om het kwartier kunnen de kinderen een bel(of muziekje) horen, zodat ze weten dat ze moeten doorschuiven. De kinderen moeten na de bel (of muziekje) op het schema gaan kijken en spelen met hun nieuwe activiteit. Het systeem is van groot belang voor de kinderen met autisme, want hoe meer mogelijkheden je hun biedt, hoe moeilijker de keuze voor hun wordt.
Materiaal
Laat de school gebruik maken van een
spelkoffer. Zorg voor een grote doorzichtige doos waar allerlei materialen inzitten die gebruikt kunnen worden op de speelplaats. Wat kan er bijvoorbeeld in zo’n koffer: krijg, boekjes, auto’s, hoepels, springtouw, bal, bowling, tennis, … De dingen waarmee kinderen zich kunnen bezighouden moeten zichtbaar zijn. Meestal ligt het speelgoed in een kast of in een andere kamer, waardoor het kind met autisme zich moet inbeelden wat de mogelijkheden zijn. Het lijkt dus onterecht om te zeggen dat mensen met autisme geen interesse zouden hebben, maar ze zien de mogelijkheden van bepaald speelgoed niet altijd in.
Activiteiten
Tips:
Positief | Negatief |
Belonen bij gewenst bedrag | Proberen om te grote en te drukken groepen te vermijden |
Doseren van groeps- en individuele activiteiten | Proberen om geen groepsactiviteiten aan te bieden zonder duidelijke regels |
Altijd goed visualiseren | |
Stel steeds
duidelijke activiteiten op. Je moet proberen ervoor te zorgen dat kinderen niet teveel verbeelding nodig hebben en dat de activiteiten duidelijk afgebakend zijn. Het is zeker aan te raden om
groepsspelen te spelen (sociale aspect). De kinderen leren hierdoor sociale vaardigheden, ze leren ook om op een goede en correcte manier samen te spelen.
Voor sommige kinderen is het moeilijk om iets in groep te doen, zij hebben het liever rustig in de vorm van een
individuele activiteit. Het doel van deze activiteiten is dat de kinderen tot rust kunnen komen en dat ze zich kunnen terugtrekken wanneer dat nodig is voor hun.
Begeleiding
Het is wel aangeraden om genoeg begeleiding te voorzien als je de speelplaats in verschillende ruimtes verdeelt. De leerkrachten/begeleiders moeten goed kunnen opvallen zodat er beroep op hun gedaan kan worden. Kinderen met autisme hebben meer aan tastbare/afgebeelde communicatie, gesproken taal is erg vluchtig. Visuele informatie blijft aanwezig en de leerling kan er op teruggrijpen als het iets niet begrijpt of vergeten is. Het is wetenschappelijk bewezen dat kinderen met autisme beter visuele informatie opnemen en onthouden, dan gesproken taal. Bijvoorbeeld een pictogram aan een trampoline, omdat de schoenen daarop uit moeten.